*FAMILIE DOMINICUS BOUWENSZ - ROTTERDAM

x otr 03/17.01.1610 te Rotterdam, ned.geref, Jan Bouwens, j.m. en Mijnsgen Dircks, j.d. >zie Dirck Thomasz de Ridder

De doolerende kerk in Rotterdam
In den aanvang van 1612 wordt in de Vroedschap gesproken van de heimelijke vergaderingen die dagelijks binnen de stad worden gehouden – dus toen reeds een tijd moeten hebben geduurd – en dan vernemen wij, dat dit geschiedt, op de Nieuwe Haven, waar het Witte Paard uithangt ten huize van zekeren Hans Carremans, verder dat ook Dominicus Bouwense de Vischkooper, zekere Pieter Huytgenshoek, Celof de Seemkooper, en eindelijk de smid uit de Westewagenstraat nu en dan hun woning afstaan.
P 210
In Februari van 1614 dan, wilde zeker varensgezel Herman Everts zich in het huwelijk begeven met de dochter van den vischkooper Dominicus Bouwense, die ouderling was bij de doleerenden. Op zekeren middag van Sprokkelmaand was de bruigom ten huize van een vriend van zijn aanstaande schoonvader, van den makelaar Cornelis Jorisz ’t Hooft, die ook ouderling bij de doleerenden was. Adam Hartwech bevond zich ook in dit gezelschap en dan was er nog een zekere weduwe Neeltje Lenertz. Al sprekende kwam men op de kerkelijke inzegening van het weldra te voltrekken huwelijk en beweerde Neeltje, dat die plechtigheid behoorde te geschieden in de kerke deser stede. M.a.w bij grevinchoven. C.s. en niet daarbuiten. Daartegen kwam de gastheer Cornelis Jorisz met heftigheid op. Wij kunnen het ons begrijpen. Hoe, een eigen dochter van zijn mede-ouderling zou zich laten trouwen bij de Arminianen_ Al het mogelijke deed hij dan ook om het onzen Janmaat, die er wel ooren naar scheen te hebben, af te raden en toen moet hij, - zoo beweert althans Neeltje Lenertz, hebben uitgeroepen: Ik soude liever van een vercken getrouwt sijn, als van de Predikanten van Rotterdam. Of onze makelaar-ouderling aan deze cochonnerie nu werkelijk schuldig staat, dan of de weduwe Neeltje Lenertz, die blijkbaar een pik op hem had, hem er valschelijk van beschuldigde is niet zoo gemakkelijk uit te maken. Neeltje heeft het met Herman Evertsz eenige dagen later voor den rechter onder eede bevestigd, terwijl Jorisz het onder eede ontkend heeft.
Wie heeft nu een meineed gedaan? Enz.

I  1. DOMINICUS BOUWENSZ, viscooper, en NEELTGEN JANS DE COSTER’s dochter
Kinderen: Elisabet, Jan, Grietgen, Neeltgen, Dominicus, Rebecca, Maeijken, Gedeon
Neven van Dominicus Bouwens zijn Alexander en Gerard Bouwens te Antwerpen en Cornelis Bouwens te Middelburg

Kinderen
Lijsbeth Bouwens     >1a MATHEUS AELBRECHTS/HERMAN EVERTSZ VLAMMEN
x (1) otr 04/18.01.1604, ned.geref, Matheus Aelbrechts j.m. en Lijsbeth Bouwens, j.d.
x (2) 19.01.1614 te Rotterdam, ned.geref, Herman Everts, j.m. en Lijsbeth Bouwens, wed van Matheus Aelberts

Neeltgen Bouwens    >ARENT EGBERTSZ VAN RAEPHORST
Tr Arien Gijsbertsz. Raephorst
?x 02.10.1611 te Rotterdam, ned.geref, Dirck Stevens, wed en Neeltgen Bouwens j.d. getrouwd in Den Briel
Dominicus Bouwens  >ANNETGE BASTIAENSEN 
x (2) otr 26.12.1632/09.01.1633 te Rotterdam, ned.geref, Dominicus Bouwensse wed. en Annetge Bastiaensen, wed – naar Delfshaven
Grietgen Bouwens    >ISAAC JANSZ SCHINCKEL/PIETER WIJNANTS
x otr 18.10/01.11.1620 te Rotterdam, ned.geref, Pieter Wijnantsoon wed en Grietgen Bouwens, wed van Isaac Janssoon
Maeijken Bouwens   >HERMAN BARTHOLOMEUSZ
Begraven 20.06.1649 te Rotterdam Maeijke Bouwens, echtgenote van Herman Bartholomeusz, opperbrouwer in de Witte Leeuw
x otr 05/19.03.1623 te Rotterdam, ned.geref, Herman Bartholomeussoon j.m en Maiken Bouwens, j.d.
Gedeon Bouwen       >CLARA PIETERS VAN LEUWEN/Sophia de Solemne. Kinderen: Cornelia Bouwens,
Overleden 12.1637 te Batavia, zoon van Dominicus Bouwens en Neeltgen Jans Coster
Beroep deurwaarder (1627), onderkoopman (1627-1629), koopman (1629-1631), opperkoopman (1631-1634), schepe (1634-1636), secretaris (1636-1637) – heeft gewoond te Batavia, Taiwan, Batavia
x otr 23.04/07.05.1623 te Rotterdam, ned.geref, Gedeon Bouwens j.m. en Clara Pieters van Leuwen, j.d.
Sophia de Solemne, geb ca 1619 te Arnhem, overleden 29.01.1667 te Haarlem, dochter van David de Solemne en Hester Hoornbeeck, tr (2) met Isaac Jansz Koedijck
Rebecca Bouwens     >1b ADRIAEN HUIJGENSZ VAN SCHIE/CLAES SYMONSZ VORSTEN
begraven 11.02.1663 te Rotterdam Rebecca Bouwens, echtgenoot van Claes Symonsz
x (1) 16.04.1618 te Rotterdam, stadstrouw, Adriaen Huijgensz j.m. van Delft en Rebecca Bouwens j.m. van Rotterdam
x (2) otr 11.09/29.09.1630 te Rotterdam, ned.geref, Claes Simonsz van Vorsten, j.m. en Rebecca Bouwens wed van Adriaen Huygen van Schie
Jan Bouwens             >MEIJNSIE DIRCKX  >zie DIRCK THOMASZ RIDDER
x otr 03/17.01.1610 te Rotterdam, ned.geref, Jan Bouwens, j.m. en Mijnsgen Dircks, j.d.

overleden 05.11.1619 te Rotterdam CORNELIA COSTERS
overleden 30.11.1631 te Rotterdam, begraven 07.12.1631- DOMINICUS BOUWENS, woonde op de Vischmarckt
Grote kerk Rotterdam - 163. Hier rust verwachtende de comste onses Brudegoms en Saligmakers Jesu Christo de eerbare vrouwe Cornelia Costers de huisvrou was in haer leven van Dominicus Bouwens en starf den 5 November anno 1619 en Dominicus Bouwens in sijn leve[n] haer man sterf den 30 November int jaer onsHeeren Salichmaker Jesu Christo 1631 wiens lieffelijcke .. sij verwachte.
Comt ghij (Wapen uitgekapt.) Op hoope wij Bouwen trouwe dienstknecht over ‟t weynige hebt ghij getrou geweest over ‟t meerdere sal ick u setten. (143)

 

*
03.09.1599 ona Rotterdam, akte 170, not Jacob Symonsz, attestatie
Dominicus Bouwens, vischcoeper, ongeveer 40 jaar, Thieleman Cornelisz, ongeveer 34 jaar, en Willem Willems, schipper, ongeveer 28 jaar, leggen een verklaring af op verzoek van de Hooftman van de schuytevaerders alhier op Amsterdam, over een Amstelredamsche veerschuytevoerder, die op 13-8-1599 te zwaar geladen was.
17.02.1602 ona Rotterdam, akte 57, not Jacob Symonsz, attestatie
Gillis van Loo, ca. 41 jr, en Maertgen Egbertsdr, ca. 26 jr, op verzoek van Neeltgen Jansdr, vrouw van Dominicsz Bouwens, viscoeper, en Annitgen Dircksdr Houcken, vrouw van Frederick Cornelisz Neeloom.
Zij hebben gehoord dat Neeltgen Hermansdr, weduwe van Cornelis Cornelisz, vischcoepster, in februari 1602 op de Vischmarckt vloekte en lasterlijke taal uitsloeg.
25.03.1606 ona Rotterdam, akte 51, not Jacob Symonsz, machtiging
Dominicus Bouwens, vischcoeper, machtigt Alexander en Gerard Bouwens, zijn neven, wonend te Antwerpen, om gelden in beslag te nemen berustend onder Hans van Roemen, wonend te Duynkercken, die toekomen aan Eeuwout van der Steene, vischcoeper te Antwerpen, om zo op hem 401 ponden te verhalen, die hij van hem tegoed heeft.
25.03.1606 ona Rotterdam, akte 52, not Jacob Symonsz, machtiging
Dominicus Bouwens, vischcoeper, machtigt zijn neef Cornelis Bouwensz, wonend te Middelburch, om gelden in beslag te nemen berustend onder Leijn Sijmonsz, wonend te Vlissingen, die toekomen aan Eeuwout van der Steene, vischcoeper te Antwerpen, om zo 401 ponden op hem te verhalen, die hij van hem tegoed heeft.
16.01.1614 ona Rotterdam, akte 19, not Jacob Symonsz, huwelijksvoorwaarden
Herman Evertsz, vaerendegesel, bruidegom, sluit een contract van huwelijksvoorwaarden met Elisabeth Bouwens, weduwe van Matheus Aelbertsz, bruid, geassisteerd door haar vader en moeder Dominicus Bouwensz, vischcooper, en Neeltgen Jansdr.
Weeskamer Rotterdam - 193 - 1-1-1615, nots. Willem Pieck:
Maritgen Bouwensdr. ongehuwde persoon, ziek te bedde, won. Rtd. op het Steyger bij het Spoye, test. Maakt en legateert Jan Bouwensz. stierman haar broeder 400 gld. Nog 200 gld. die hij reeds in bezit heeft. De kn. van Lysbet Bouwensdr. haar zr. samen 400 kgld. en haar zr. daarvan vruchtgebruik. Neeltgen Claesdr., de dr. van Aeltgen Bouwensdr. haar overl. zr. 200 gld. Prelegateert Bouwen Jansz., zn. van haar broeder Jan Bouwensz. 500 gld. en het beste bed met toebehoren en eiken slaapbank. De gasthuismrs. te Leyden waar de hvr. van Adriaen Huybrechtsz. van Baenwijck gestorven is, 50 gld. Lysbeth Bouwensdr. nog kleding, Maritgen Jan Bouwensdr. kleding, Neeltje Claesdr. kleding, Neeltgen Jan Bouwenszdr. een bed met toebehoren.
Universele erfgenamen Jan Bouwensz. 1/3, de kn. van Lysbeth Bouwensz. 1/3 en de dr. van Aeltgen Bouwensdr. za. voor 1/3. Zij noemt executeur-test. Boudewijn Michielsz. en in zijn plaats Abrham Pietersz. brouwer in ’t Hart.
13.06.1619 ona Rotterdam, akte 37, not Jacob Symonsz, testament
Dominicus Bouwens, vischcooper, en zijn vrouw Neeltgen Jansdr Coster, wonend aan de Vischmarckt, herroepen hun testament d.d. 8-7-1601 bij deze notaris en alle andere testamenten etc.
Zij benoemen elkaar tot universeel erfgenaam.
Hun getrouwde kinderen Elisabet, Jan, Grietgen, Neeltgen, Dominicus en Rebecca hebben elk 300 gulden bij hun huwelijk gehad als legitieme portie.
Hun ongetrouwde kinderen Maeijken en Gedeon zullen bij huwelijk of het bereiken van de 25-jarige leeftijd elk 300 gulden ontvangen als legitieme portie.
Weeskamer Rotterdam 125v - 13-6-1619, nots. Jacob Symonsz., Rtd.:
Dominicus Bouwensz. viscooper en Neeltgen Jans de coster’s dochter, zijn hvr., inwon. poorters Rtd., won. aan de Vischmarct, zij ziek, herroepen test. van 8-7-1601 voor mij Jacob Symonsz. gepasseerd. Test. opnieuw, MT. Hun gehuwde kn. Elysabeth, Jan, Grietgen, Neeltgen, Dominicus en Rebecca hebben ieder meer dan 300 gld. huwelijkskosten ontvangen. Daarom Mayken en Gideon, hun ongehuwde kn. bij 25 jaar of huwelijk ieder 300 gld. Voorts alle kn. erfgenaam in Gelijke porties. Huwt de langstlevende opnieuw, dan de kinderen terstond de helft van de boedel. Seclusie wk.
Naschrift 18-10-1622: Dominicus Bouwensz. weduwnaar aanvaardt de nalatenschap.
Weeskamer Rotterdam 198v - 20-2-1623, nots. Willem Jacobsz., Rtd.: Adriaen Huijgensz. backer en Rebecca Dominicus Bouwenszdr. zijn hvr., won. Rtd., zij ziek, MT. Hun kn. samen te bewijzen 36 kgld. bij mondigheid en tot die tijd te onderhouden, opvoeden enz. Seclusie wk.
Weeskamer Rotterdam - 268v - 13-10-1616, nots. Jacob Duijfhuijsen, Rtd.:
Dominicus Bouwensz, scheepstimmerman en Anna Abrahamsdr. Hulenbroecx zijn hvr., poorters Rtd., MT. Hun kind of kn. te onderhouden, opvoeden enz. en samen bewijzen 12 kgld. of 2 ponden vlaams. Alzo zijn hvr. nu bevrucht is en ten tijde van zijn overlijden zwanger mocht zijn, zal dit kind medegerekend worden alsof het reeds geboren ware. Seclusie wk.
2323 603/279 21-6-1631 boedelscheiding inv.wk.: 6-1-1625 Isaack Jansz. Schinckel (ov) Gryetgen Bouwensdr. (ov) 2X Pieter Wijnantsz. (voogden.: Jan Bouwensz. scheepstimmerman en Adriaen Jacobsz. blaeuwverwer) Kinderen erven van grootvader Dominicus Bouwensz. (!?)(acte deling wk. 2-5-1633) 10-12-1648 aanw.erfgenamen: Jan Bouwensz. timmerman, Elizabeth Bouwensdr. weduwe van Herman Evertsz. Vlam, Dominicus Bouwensz. v.h.z. en vervangende Arien Gijsbertsz. Raephorst als X Neeltgen Bouwensdr., Claes Simonisz. als X Rebecca Bouwensdr., Herman Bartholomeusz. opperbrouwer als X Maeyker Bouwensdr., samen nog vervangende Carel Slawaert schilder als X Cornelia, de nagelaten dochter van Geddon Bouwensz. en het nagelaten weeskind van deze Geddon Bouwensz., geprocreeërd bij Sophia de Solenond, allen samen erfgenamen van het voorn. kind van Isaack Schinckel, welk kind gepresumeerd wordt overleden te zijn (tijdens Oostindië-reis). Kinderen: ex 1: - 2 kinderen (10-12-1648 wordt gesproken van 1 kind, dat dan ov is) ex 2: - 1 nakind (overleden na de moeder)
Weeskamer Rotterdam 66v - 1-12-1638, nots. Jacob Duijfhuijsen, Rtd.:
Dominicus Isaacxz. Schenckel, j.g., zn. van Ysaac Jansz. Schenckel, voornemens te reizen van Middelburch naar Oostindien met het schip genaamd Middelburch onder schipper Dominicus Bouwens, zijn oom. Hij test. en maakt univ. erfgen. Jan Bouwens, Dominicus Bouwens, Gedion Bouwens, Lysbet Bouwens, Neeltge Bouwens, Maeyken Bouwens en Rebecca Bouwens, brs. en zrs. van zijn moeder, won. alhier tot Leyden en Delfshaven, of bij vooroverlijden hun resp. kn. en afkomelingen in stirpes en bij representatie, mits dat zij allen samen zullen uitkeren aan zijn testateurs naaste bloedverwanten van vaderszijde ab intestato vlgs. de politieke ordonnantie alhier tot Rtd. in gebruik, als legaat 20 gld. eens zonder meer.
Naschrift: uitgegeven voor copie 12-7-1645.
2941 609/263v 23-7-1645 zie nr. 2323 Isaac Jansz. Schinckel (overleden) Grietgen Bouwensdr. (overleden) (voogden: Jan Bouwensz. scheepstimmerman en Adriaen Jacobsz. blaeuverwer) Present gelijke groep erfgenamen als in nr. 2323, maar Slawaert hier gelezen Slabbaert en De Solenond als De Solemme. Kinderen: - Dominicus Isaacsz. Schinckel (enig overgebleven kind en van wie nu gezegd wordt ca. 4 jaar geleden voor Malacca in Oostindiën overleden te zijn)
ONA Rotterdam 08.05.1645 attestatie not Jan van Aller Az
Dominicus Bouwens, 54 jaar oud (geb ca 1591), verklaart op verzoek van Claes Symonss van Vorsten en Carolus Slabbert, wonende in Zierikzee dat toen hij als commandeur over 7 schepen van de Oost Indise Compagnie, komende uit Goa in Oost Indiën, in aug. 1641 in Batavia was, Heynrick Sievertss, commissaris van de Vivres en de Artillerye hem vertelde dat zijn knecht Dominicus Schinckel, een neef van comparant, kort na de verovering van Malacca daar gestorven en begraven was.
06.05.1653 ona Rotterdam, akte 218 not Vitus Mustelius Woutersz verhuur
Heijndrick Pietersz de Wolf, Nicolaus van Vorsten beide administrateur van de kinderen van Abraham Petit en Cornelia Bouwens. en Ingetge Bouwens en Elijsabeth Bouwens, kinderen en kleinkinderen van Jan Bouwens en Meinsje Dircksdr. Zij verhuren een scheepstimmerwerf en loods aan Joris Heijndricksz, meester scheepstimmerman. De werf is gelegen aan de oostzijde van de Boomtgens, belendingen: oost: de ergenamen van Dirck Theunisz, west: de erfgenamen van Cornelis Verdoes. De huur wordt pas van kracht als Frans Hultgen en Jacob Arendsz Puikeveer afstand van de huidige huur hebben gedaan, en gaan hiermee accoord.
22.07.1662 ona Rotterdam, akte 223, not Christiaan van Vliet
Cornelis Patijn, wonende te Overschie, Cornelis Swanhil, Heijndrick Meesz Coel en Claes Centen Leevels, als voogden van de kinderen van wijlen Neeltgen Dominicus, namens hun medevoogd Cornelis Arentsz Clein uit Overschie dragen 1/7e part van een grafstede met als nummer 143 in het trans, omtrent de Amsterdamse veer gelegen in de grote of St. Laurenskercke over aan Elijsabeth Bouwens, aan de kinderen van Jan Bouwens en Meijnsge Dircxdr, zaliger aan Rebecca Bouwens, vrouw van Claes Sijmonsdr van Vorsten en aan Heijndrick Pietersz Wolff, allen wonend te Rotterdam

II 1a. MATHEUS AELBERTS/HARMAN EVERTSE VLAMMEN en LIJSBET BOUWENS
Lijsbet Bouwens, dochter van Dominicus Bouwens en Neeltgen Jans de coster’s dochter
x 19.01.1614 te Rotterdam, ned.geref, Herman Everts, j.m. en Lijsbeth Bouwens, wed van Matheus Aelberts
kinderen geboren te Rotterdam
Dominicus >IDA VAN NAERSSEN
x otr 12/28.03.1645 te Rotterdam, ned.geref, Dominicus Vlammen j.m. van Rotterdam en Ida van Naertsz j.d. van Rotterdam
Maria        >GERRIT VAN OOSTERHOFF
Begraven 23.03.1671 te Rotterdam, kerk, Marija Vlam
x otr 13/29.11.1644 te Rotterdam, ned.geref, Gerrit Cornelisse van Oosterhoff j.m. van Rotterdam en Maria Hermans Vlam, jd van Rotterdam

Kinderen gedoopt te Rotterdam, ned.geref
20.06.1618 Emmetgen
V Harman Evertsse, m Lijsbet Bouwens, get Dominicus Bouwens (grootvader), Arien Huijgen (man Rebecca Bouwens), Grietgen Bouwens (zus moeder)

begraven 12.04.1665 te Rotterdam, LIJSBETH BOUWENS weduwe

*
02.12.1643 ona Rotterdam, akte 56, not Johan Cool, overeenkomst
Dominicus Bouwens, wonende te Delfshaven, en Lijsbeth Bouwens, weduwe van Harmen Evertsz treffen een regeling voor de betaling van een obligatie van 680 gulden gepasseerd voor notaris Aelbert Troost, ten behoeve van Pieter Adriaensz van Blenckvliet, voor levering van koren die Adriaen Huygen van Schie, backer, binnen een maand zou betalen maar voor die tijd kwam te overlijden. De obligatie is in handen van Hendrick Barentsz Wachtmans wonende te s'Gravenhage.
De weduwe van van Schie, Rebecca Bouwensdr, is opnieuw getrouwd met Claes Symonsz van Vorsten, backer, womende op de Visserdijck in de Groenemeulen. Rebecca heeft met haar huidige man ongenoegen over de betaling. Haar broer Dominicus en zuster Lijsbeth nemen de betaling op zich en zullen de 680 gulden plus rente, totaal 950 gulden, in een aantal jaren afbetalen
08.05.1645 ona Rotterdam, akte 124, not Willem van Aller, testament
Gerrit van Oosterhoff en zijn vrouw Maria Harmansdr Vlammen benoemen de langstlevende van hen beiden tot enige erfgenaam van hun goederen en leggen de bepalingen omtrent eventuele kinderen vast.
05.07.1645 ona Rotterdam, akte 92, not Balthasar Bazius, attestatie
Dominicus Vlammen, chirurgijn, legt een verklarng af op verzoek van Claes Sijmonsz van Vorsten.
Hij zegt dat hij ca. 4 jaar geleden in Batavia in Oostindien, komend van Solos, gehoord heeft dat Dominicus Schinckel, bosschieter, voor of op het land van Malaca is overleden.
28.08.1648 ona Rotterdam, not Jacob Duyfhuysen jr, schuldbekentenis
Gerrit van Oosterhoff, maeckelaer van tabacq, bekent 800 gld. schuldig te zijn aan Duyfge Jans, weduwe van Wilem Kijn. Elisabet Bouwens, weduwe van Harman Evertsz Vlammen, stelt zich borg voor Van Oosterhoff, haar zwager
28.11.1648 ona Rotterdam, akte 236, not Jacobus Delphius, schuldbekentenis
Dominicus Vlammen, chirurgijn, bekent dat hij 1000 gulden schuldig is aan Balten Jacobsz Stout, coopman.
Lysbeth Bouwensdr, laatst weduwe van Harman Evertsz Vlammen, stel zich borg voor hem
13.01.1653 ona Rotterdam akte 9 not Vitus Mustelius Woutersz, attestatie
Op verzoek van Philips de Graef leggen Willem Thijbout 53 jaar, Cornelis Verschuur 31 jaar, en Dominicus Vlammen een verklaring af. Zij verklaren dat zij op 4 januari jongstleden aanwezig waren in het huis van Jan van Ganswijck, ten tijde dat Bernardus van Hoogenberch een woorden wisseling had met genoemde de Graef, zeggende: je hebt de goederen van mijn vrouw voor eigen gewin verkocht
13.01.1660 ona Rotterdam, akte 252, not Leonard van Zijl, verhuur
Dominicus Vlammen en Willem de Lange, beiden chirurgijn, sluiten een overeenkomst. De Lange zal gedurende zes jaar lang het huis van Vlam huren, met de bijbehorende klandizie betreffende de chirurgie en het barbiersambt. Het huis staat aan de oostzijde van de Keizerstraat.
23.04.1660 ona Rotterdam akte 145, not Adriaen van Aller, testament
Elisabeth Bouwens, weduwe van Harman Evertsz Vlammen, wonende op de Beurs, handhaaft haar testament dat zij d.d. 4 december 1647 voor notaris Adriaen Havelaer heeft opgemaakt en ook haar codicil d.d. 6 november 1647 voor dezelfde notaris, behalve dat zij nu Claas Symonsz van Vorsten en Hendrick Pietersz Wolf, haar zwager en neef, tot executeurs van haar nalatenschap en voogden over de minderjarige erfgenamen benoemt. De executeurs mogen hun functie uitoefenen tot de thuiskomst van haar zoon Dominicus Vlammen, chirurgijn, uit Oostindië.
06.01.1662 ona Rotterdam akte 1, not Jacobus Delphius, testament
Elijsabeth van Naerssen, meerderjarige ongehuwde dochter, benoemt haar twee broers, Leonard en Jacob van Naerssen, tot erfgenamen. Zij legateert aan de kinderen van haar zuster Ida van Naerssen, vrouw van Dominicus Vlammen, die in Indië is. Tot administrateur van haar na te laten goederen benoemt zij haar broers Thomas, Leonard en Jacob van Naerssen. Tot de boedel behoort een obligatie die zij ten laste heeft van Joan van Afforde ten Bosch.

II 1b. ADRIAEN HUIJBENSZ/CLAES SIMONSZ VAN VORSTEN en REBECCA BOUWENS
Rebecca Bouwens, dochter van Dominicus Bouwens en Neeltgen Jans de coster’s dochter
x (1) 16.04.1618 te Rotterdam, stadstrouw, Adriaen Huijgensz j.m. van Delft en Rebecca Bouwens j.m. van Rotterdam
x (2) otr 11.09/29.09.1630 te Rotterdam, ned.geref, Claes Simonsz van Vorsten, j.m. en Rebecca Bouwens wed van Adriaen Huygen van Schie
Kinderen gedoopt te Rotterdam, ned.geref
30.04.1631 Cnelija
V Claes Sijmonsen, m Rebecka Bouwens, get Harme Meese, Lijsbet Bouwens
10.04.1632 Cornelija
v Claes Simonse, backer, m Rebeca Bouwens, get Harmen Bartelmese, moutmacker, Lijsbet Bouwens, Meinsge Dircks
26.12.1636 Ari
V Claes Sijmonse, backer, m Rebecka Bouwens, get Harme Bartelmese, Lijsbet Jans
Simon
Dominicus

begraven 11.02.1663 te Rotterdam REBECCA BOUWENS, echtgenoot van Claes Symonsz
x otr 22.08.1666 te Rotterdam, tr 05.09.1666 te Overschie, ned.geref, Nicolaas van Vorsten, wed van Rebecca Bouwers, geb Den Briel en Ariaentje Simons, wed van Justus Overmeer, geb Delft
begraven 12.08.1668 te Rotterdam Adriaentje Sijmons Overmeer, echtgenote van Claes Sijmons van Vorsten
begraven 20.10.1690 te Rotterdam KLAETS VAN VORSTEN wed van Nellttije Bouijents, Nijene kerk kelder, Lommerstraet t’enden over de meullen

 

02.12.1643 ona Rotterdam, akte 56, not Johan Cool, overeenkomst
Dominicus Bouwens, wonende te Delfshaven, en Lijsbeth Bouwens, weduwe van Harmen Evertsz treffen een regeling voor de betaling van een obligatie van 680 gulden gepasseerd voor notaris Aelbert Troost, ten behoeve van Pieter Adriaensz van Blenckvliet, voor levering van koren die Adriaen Huygen van Schie, backer, binnen een maand zou betalen maar voor die tijd kwam te overlijden. De obligatie is in handen van Hendrick Barentsz Wachtmans wonende te s'Gravenhage.
De weduwe van van Schie, Rebecca Bouwensdr, is opnieuw getrouwd met Claes Symonsz van Vorsten, backer, womende op de Visserdijck in de Groenemeulen. Rebecca heeft met haar huidige man ongenoegen over de betaling. Haar broer Dominicus en zuster Lijsbeth nemen de betaling op zich en zullen de 680 gulden plus rente, totaal 950 gulden, in een aantal jaren afbetalen
14.10.1650 ona Rotterdam akte 24 not Adolf Gommelraet testament
Meijnsgen Dircxdr, weduwe van Jan Bouwensz, meester-scheepmaker, houdt het testament van 19-4-1648 bij notaris Nicolaes Vogel in stand. Zij voegt toe dat zij 100 rijksdaalders prelegateert aan haar ongehuwde dochters Ingetgen en Elisabeth Bouwens. Haar schoonzoon Abraham Petijt mag zich niet met haar nalatenschap bemoeien, allen haar genoemde dochters en dochter Cornelia, vrouw van Abraham, met hulp van de administrateurs haar zwagers Jan Jansz van Weet en Claes Sijmonsz van Vorsten.
Cornelia's erfdeel wordt gekort met datgene dat zij reeds gehad heeft en zij moet haar ouders eerst uit hun borgtocht voor Cornelia en haar man bevrijden
20.11.1650 ona Rotterdam akte 108 not Adolf Gommelraet testament
Jan Janssen van Weert en Claes Sijmonssen van Vorsten zeggen dat Meijngen Dircxdr, weduwe van Jan Bouwensz, meester-scheepmaker, op 14-10 een codicil gemaakt heeft bij de notaris waarin zij hen aanstelt als regelaars en administrateurs over de goederen die Cornelia Petijt, vrouw van Abraham Petijt, en haar kinderen t.z.t. van haar zullen erven volgens een testament, gemaakt bij notaris Nicolaes Vogel. Zij zeggen deze aanstelling aan te nemen.
01.03.1668 ona Rotterdam akte 113, not Philips Basteels testament
Claes Simonsen van Vorsten, exploitier van de accijnsen, benoemt zijn enige dochter, genaamd Cornelia van Vorsten, tot erfgename, met de bepaling dat zij een legitieme erfportie moet uitkeren aan haar broers Simon van Vorsten en Dominicus van Vorsten.