'

   

                                              JAN CORNELISZ DE WIT - ROTTERDAM

 

Onderzocht omdat: Op 19.05.1602 Neeltgen, nagelaten dochter van Dirck Thomasz, schipper, een legaat ontvangt van Annitgen Claesdr. (de Reus). Neeltgen woont nu bij haar. Dirck Thomasz, schipper, is een voorouder

Annetgen Claesdr is dochter van Claes Cornelisz de Reus en Geertgen Pieters. Haar broer is Pieter Claesz. Reus, tr Lysbeth Claes Rochusdr

                  Zie ook Familie Joest Vranckensz


JAN DE WITTE

kinderen

Michiel Jan Wittez

Maritgen Jan de Wittedr

Dirck Jansz de Witte

 

*
Weeskamer Rotterdam - 109 578/39v 27-8-1477 Michiel Jan Wittez. (ov) Geertruyt Jacobsdr. van Velthuysen Kind: Trijn

Schuldboek Rotterdam - 20-12-1490 Govert Willemsz. debet Maritgen Jan de Wittedr., 21 pond groten vls., te betalen met 1½ pond per half jaar. Waarborg hee waarin hij nu woont in het Westvierendeel, Willem Dircxz. NZ en Ouwe Jan ZZ en op al zijn goed.

Schuldboek Rotterdam - (164) Sinte Katrijnendach (25-11-)1491 Cornelis Cornelisz. VerStarre de visscher deb. Maritgen Jan de Wittendr. 19 pond holl., te betalen in 2 termijnen. Borge is Tijs Coxz. de lijndrayer

Schuldboek Rotterdam - (231): Op Sinxen avond (avond voor Pinksteren) 1492 - Eerbare en geminde vrunden: wij schrijven aan U en U gelieve te weten dat Jan de Wit harnesmaker, onze medepoorter, voor ons heeft geklaagd dat Matte zijn huisvrouw binnen uwe stede verzet of verkocht heeft haar mans tabbert, haar kleding en gouden riem en haar juwelen en dat alles gezet in handen van Hein Symon Nolen. Deze Jan de Wit heeft Matte zijn huisvrouw ‘stekuit’ gemaakt en dat gedaan in het openbaar en geroepen in de kerk ongeveer een half jaar geleden. En wel omdat Matte haar man bijster maakte en alles verkocht wat zij in handen krijgen kon om dat te ‘verdringen’ en hij liet weten dat alles wat men aan Matte verkocht of wat men van haar kocht nietig en van geen waarde gehouden zou worden en dat Jan vsz. niets zou betalen. Wij verzoeken U hem behulpzaam te willen zijn om zijn kleding en juwelen terug te krijgen, daar zijn wijf hierin niet gemachtigd was.

Schuldboek Rotterdam - (138v) 19-12-1524 Jan Ariaensz. de Vet, mr. Ghijsbrecht Feysz. en Cornelis Ewoutsz. als voogden van Geeryt Jan Veenen weeskinderen, debent Pieter Symonsz. een losrente van 1 pond groot Vlaams per jaar, sprekende op de helft van 15 morgen land, liggende gemeen met Maritgen Jan de Wittendr., genaamd dat Foreest, liggende in Ruubroeck, de Rotte NZ en de stede ouwe vest ZZ, ’t sGravenwech aan het oosteinde en de Buttersloot aan het westeinde. Te lossen met een Philipsgulden van 28½ stuiver, een goudgulden van 31 stuivers.

 

DIRCK JANSZ DE WITTE
Kinderen
Geertruyt Dircks
Katrijn Dircks          >DIMMAN ADRIAENSZ
Jan de Witte Dircxz

*
Schuldboek Rotterdam - (105) 14-3-1491 Stierman Ariesz. deb. Jan Bouwijnsz. 7 gld. van 20 gr. per stuk. Waarborg op al zijn goed
Dirc Jansz. de Wit, onze ingezeten poorter, met een stierman, van Eynckhuysen genaamd, komen voor schepenen, waar de stierman verklaart dat de crayer die hij nu ‘stiert’ Dirc Jansz. toebehoort en niemand anders en dat hij voornemens is met deze crayer naar Danswijcke te varen om zijn brood met god en met ere te winnen en de goederen te voeren herwaarts over in de landen en heerlijkheden van onze lieve genadigste heer de roomskoning en hertog Philips zijn zoon

Schuldboek Rotterdam - (105) 14-3-1491 Evert Vrericxz. deb. Dirc Jansz. de Wit de sciptimmerman 14 pond gr.vls. te betalen in 3 termijnen. Waarborg de vier ‘aelmans’ en de drie ‘boeten’ met toebehoren waartoe het geld dient.

Schuldboek Rotterdam - (247) 28-7-1492: Arent Cornelisz. deb. Dirc Jan de Witten 12 pond holl., te betalen tot Sinte Martijn (11-11-) naastkomende. Waarborg op het botschip met toebehoren waartoe het geld dient en op al zijn goed

Schuldboek Rotterdam - Sinte Katrijnsavond (24-11-)1492 (266): Jan Pieter Stocxz., Pieter Stoer, Bloc Jansz., Dirc Jansz. de Wit en Matijs Cocxz. hebben verklaard onder ede dat zij ten huize van Danel Are(n)tsz. de backer in ‘Den Gulden Pot’ gezeten hebben in een gelag ten tijde van Frans van Brederoede. En een genaamd Pieter Dircxz. poorter van Amsterdam Tyman Verschellincx knecht daar mede was. En de getuigen hadden Pieter Dircxz. gevraagd of hij zijn koren wilde verkopen, maar dat hij antwoordde dat hij nog niet verkopen wilde, omdat hij hoopte er meer voor te krijgen. En hij wilde het koren niet naar de markt brengen. Hij zei: het is van mij, ik heb het vrij gekocht van Joncheer Vrans, ik mag ermee doen wat ik wil.

Schuldboek Rotterdam - (272) 14-12-1492 Jan Pietersz. van der Veere deb. Dirc Jansz. de Witte scyptymmerman 19 pond 10 sc. gr.vls., te betalen in 2 termijnen. Waarborg het botschip met toebehoren waartoe het geld dient.

Giftboek Rotterdam - 357. 10-6-1555: Jan Pietersz., vervangende zijn zusters en broeders, voor 1/3 part, Heynderick Pietersz. voor 1/3 part en Dimmen Adryaensz. voor 1/3 part geeft gifte aan Heynderick Gerritsz. Huis en erf in de Nupoort, de weduwe van Joris Dircxz zz en Reynier Kerstensz. nz, strekk. van de halve straat tot in de Rotte. Belast met 10 sts. 3 deuyt per jaar. Welverstaande dat de stove en plankier zoals nu achter uitstaande (in de Rotte) zo kan blijven staan tot wederzeggen van de hoge heemraden van Schielant. En de goot en “keele” aan de zz te onderhouden half en half. Borgen Jan Pietersz. voor 1/3 met huis en erf in de Nupoort, Jan Thewesz. zz en Pieter Jansz. coemen nz. Heyndrick Pietersz. voor 1/3 met huis en erf in de Nupoort, Pieter Jorisz. zz en Anthonis Adryaensz. nz. en Dymme Adriaensz. voor 1/3 met huis en erf in de Kipstraet, Dirck Jacopsz. slootmaker wz en Cornelis Jansz. schoemaecker oz.

Giftboek Rotterdam - 10-6-1555: Heyndrick Pietersz. voor 1/3 part, Jan Pietersz. Kivit met zijn evenknieën voor 1/3 part, Dymman Adryaensz. met zijn evenknieën voor 1/3 part, gga Heynderick Gerritsz. een hee in de Nupoort, de wed. van Joris Dircxz. zz en Reynier Kerstensz. nz, strekk. van de halve straat tot achter in de Rotte. Bezwaard met 10 sts. en 3 deyts per jaar. Wel verstaande dat de stoven en het plankier, zoals thans achteruit staande, zo zal blijven tot wederzeggen van de heemraad van Schielandt. En de goot en ‘keele’, staande aan de zz. te houden half en half. Borgen Heynderick Pietersz. met hee in de Nupoort, Pieter Jansz. zz en Anthonis Adryaensz. nz. Jan Pietersz. met hee in de Nupoort, Jan .... zz en Pieter Jansz. coomen ...., Dymme Adryaensz. (met huis) en erf in de Kipstraet ..... wz en Cornelis Jansz. .... (een hoek v.h. blad is eraf).

Giftboek Rotterdam - 188 13-3-1560: Mathijs Vranckez. drapenierder v.h.z.(en nog samen met Adam Daemsz. als voogden van de weeskinderen van Jan Diricxz. de Wit - doorgehaald)(en vervangende Lenert Jansz. backer - doorgehaald), Katrijn Diricxdr. weduwe van Dimman Adriaensz., (Dirck Cornelisz. v.h.z. - doorgehaald), ook vervangende Dirck Cornelisz. van Delft en (Lenert Jansz. backer doorgehaald) Cornelis Joostendr. weduwe van Jan de Wit en Geertruyt Diricxdr. gga Symon Willemsz. een huis en erf in de Kipstraet, Maritgen Quirijnen oz en Huych Adriaensz. cuijper wz, strekk. uit de Rotte tot achter aan het erf van Cornelis de cuijper. Met een steeg tot in de Vogelesanck, volgens de gift die Dirck Aelwijnsz. daarvan had ontvangen. Met voorwaarde dat de goot tussen dit huis en dat van Maritgen Quirijnen altijd samen half en half gehouden zal worden, vlgs. de scheidingsbrief daarvan zijnde. Vrij en onbelast. Waarborg Mathijs Vranckenz. met huis en erf in de Nupoort, Jan Baertsz. zz en Aernt Kerstantszoonsstege nz.

06.10.1592 ona Rotterdam, akte 368/503, not Jacob Symonsz, testament
Catherina Dircxdr, weduwe van Dimmen Adriaensz, wonende in de Kipstraet, legateert aan haar twee kinderen, Adriaen Dimmensz en Marijtgen Dimmansdr, ter vergoeding van hetgeen zij aan haar oudste dochter Ploentgen Dimmendr en diens overleden man Cornelis Willemsz ten huwelijk had geschonken. Zij benoemt haar kinderen tot erfgenaam.
Het huis van Catherina Dircxdr in de Kipstraet is belend aan de westzijde door Dirck Bastiaensz, vacker, en aan de oostzijde door Bouwen Quirijnsz, strekkende voor van de straat tot achter aan de zeeperije van de Gulde Voe

25.01.1614 ona Rotterdam, akte 111/367, not Jacob Symonsz, attestatie
Adriaen Reijmbrandtsz, brouwer, raedt alhier, verklaart op verzoek van Adriaen Dimmen en Appolonia Dimmen, weduwe van Cornelis Willemsz, stierman, erfgenamen van Catherina Dircxdr, weduwe van Dimman Cornelisz (zij was getrouwd met Dimmen Adriaensz), hun moeder, dat hij ca. 5 weken geleden met Adriaen Dimmen, Dimman Cornelisz, zijn neef, David Willemsz van Kerckhem, schoemaecker, en Adriaen Adriaensz Sgraevensande, timmerman, zijn zwager, bij elkaar waren ten huize van Adriaen en Appolonia, bewoond door Davidt Willemsz, in de Corte Kipstraet.
Betreft onderhandelingen tussen Adriaen Dimmen en Dimman Cornelisz, namens zijn moeder Appolonia Dimmen, en Davidt Willemsz inzake koop door laatstgenoemde van het huis in de Corte Kipstraet.
Onder voorwaarden wordt de koop afgesloten voor een bedrag van 4.150 gulden.
Het huis is belend aan de westzijde door Anthoni de blaeuverwer, Adriaen Jansz Verhaeven, coeckebacker aan de oostzijde, strekkende van de Kipsloot tot aan het huis van Aeltgen Jansdr van Oudewaeter, weduwe van Lieven Pietersz Vermeulen.
N.B.: op blz. 367 is met potlood achter de naam Dimman Cornelisz de naam Prins vermeld.

 

Begraven 23.06.1590 te Rotterdam, CORNELIS WILLEMSZ stierman, 7 gulden
Begraven tussen 04/11.07.1614 te Rotterdam ADRIAEN DIMMEN
Begraven tussen 21/28.08.1621 te Rotterdam PLUNTGEN DEMMEN

 

I 1. JAN DE WITTE DIRCCXZ en NEELTGEN JOESTENDR – woont huis: Denbontenhont, Middeldam, Hoochstraet
Kinderen
Hillegont Jansdr >1a ADRIAEN REYMBRANTSZ BROUWER
Dirck Jansz
Marritgen Jansdr
Grietgen Jansdr >1b JAN ADRIAENSZ HOEGEVEEN

*

Rotterdam Weeskamer 374 580/88v 19-1-1520 Joest Vranckez. die timmerman Cornelia Hugendr. (ov) Kinderen: Cornelis (mondig 1541), Jan (ov voor juni 1543), Huych (mondig 1536), Ariaen (mondig 1538), Annetgen (Aefgen) (ov voor juni 1543), Nanning (oudste broer ?)
--88v 19-1-1520: Joest Vranckezoen die tymmerman bewijst Cornelis, Jan, Huijch, Ariaen en Annetgen zijn weeskinderen bij wijlen Cornelia Hugendr.
Waarborg zijn huizen en erven waar hij nu woont in de Lombertstraet, Dirc van Zeyst NZ en Zuetgen Jacob Leeuwen weduwe ZZ.
28-6-1535: Ariaen Joesten oud tussen een- en twee en twintig jaar ontvangt 3 pond van zijn vader bij het pond dat hij reeds ontving, rest nog 4 pond gr. Vls. en nog 2 pond hem aanbestorven van zijn zuster.
5-1-1536: Huijch Joosten voldaan van moederlijk erfdeel en van Anneken zijn zuster.
25-4-1538: Arien Joesten voldaan.
11-6-1541: Cornelis Joesten voldaan.

Rotterdam, schuldboek (63v) 28-1-1545 Cornelis Joesten en Huych Joesten, vervangende Adriaen Joesten hun broeder, wezende in Noorwegen, Jan de Wit als man en voogd van Neeltgen Joestendr., Jacob Claesz. en Dirck Baerntsz. als voogden van Gouwegen en Trijngen Joestendrs., verklaren schuldig te zijn Jan Claesz. als voogd van Marie en Neeltgen Pietersdrs., erfgenamen van Geertruijt Pietersdr. pie memorie, wijlen huisvrouw van (de voersz.!) Joest Vranckenz., gedescendeerd van de zusterszoen van vsz. Geertruyt, Willem Danielsz. als man en voogd van Cente Joris, zuster van vsz. Geertruijt, Cornelis Wormboutsz., gekomen van de zuster van vsz. Geertruijt, gelijkertijd vervangende Dirck Meynertsz., de som van 450 kgld., te betalen met 50 kgld. per jaar, inzake de erfenis en besterfenis hun competerende van vsz. Geertruijt. Waarborg hun huis en erf op de Middeldam, genaamd Den Bonten Hondt, Jan van Steenbeeck oz en Jan Engelsz. de backer wz.
Zelfde datum
Jan Claesz. als voogd van Marie en Neeltgen Pietersdr., erfgenamen van Geertruijt Pietersdr. za.ged., wijlen huisvrouw van Joost Vranckenz., gedescendeerd van de zusters zoon van vsz. Geertruijt, Willem Danielsz. als man en voogd van Cente Jorisdr., zuster van vsz. Geertruijt, Cornelis Wermboutsz., gekomen. van de zuster van vsz. Geertruijt, mede vervangede Dirck Meynertsz., dragen op en cederen hiermede Cornelis Joesten, Huych Joesten, mede vervangende Adriaen Joesten hun broeder nu in Noorwegen, Jan de Wit, als man en voogd van Neeltgen Joestendr., Jacob Claesz. en Dirck Baerntsz. als voogden van Gouwetgen en Trijngen Joostendrs., alle goederen, landen, huis en huisraad en erven, roerende en onroerende, die de vsz. Joest Vranckenz. en Geertruijt zijn huisvrouw in hun leven gebruikt en bezeten hebben, als hun vrij eigen goed.

Schuldboek Rotterdam - 11-5-1545 Mathijs Vranckez. debit Digna Jansdr. 45 pond groot vlaams, te betalen in jaartermijnen van 4 pond groot. Waarborg een half huis en erf in de Nupoort, Arent Kertstantsz.’s stege nz en Heinrick Jansz. voor en de kercksloot achter aan de zz. Borg Jan die Wit (Alewijnsz. - doorgehaald) Dircxz. met huis en erf in de Kipstraet, de Pankouckstraet wz en Arien Claesz. oz.

Giftboek Rotterdam - 19-1-1553: Commer Jansdr. gga Jan de Wit Dircxz. huis en erf in het Eylant van Colchos over de Sieckenduel, Michiel Jansz. Leest wz en Thomas die wever oz, strekk. uit de sloot tot aan de vest. Belast met 15 sts. per jaar. Waarborg de oude gift daarvan.

Weeskamer Rotterdam - 808 581/249 01-09-1559 Jan Dircxz. de Wit (ov) Cornelie Joostendr. (broeder: Cornelis Joosten van Bijlenburch)
Kinderen:
Hillegondt, geb. ca. 1548
Dirck,       geb. ca. 1551
Marritgen, geb. ca. 1553
Grietgen,  geb. ca. 1555

13-3-1560: Symon Willemsz. deb. Hillegont Jan de Wittendr. 6 kgld. per jaar, verz. op zijn huis en erf in de Kipstraet, Maritgen Quirijnen oz en Huych Adriaensz. cuijper wz, strekk. voor uit de Rotte tot achter aan Cornelis de cuyper’s erf met een steeg uitkomende in de Vogelensang.

Giftboek Rotterdam - 188 13-3-1560: Mathijs Vranckez. drapenierder v.h.z.(en nog samen met Adam Daemsz. als voogden van de weeskinderen van Jan Diricxz. de Wit - doorgehaald)(en vervangende Lenert Jansz. backer - doorgehaald), Katrijn Diricxdr. weduwe van Dimman Adriaensz., (Dirck Cornelisz. v.h.z. - doorgehaald), ook vervangende Dirck Cornelisz. van Delft en (Lenert Jansz. backer doorgehaald) Cornelis Joostendr. weduwe van Jan de Wit en Geertruyt Diricxdr. gga Symon Willemsz. een huis en erf in de Kipstraet, Maritgen Quirijnen oz en Huych Adriaensz. cuijper wz, strekk. uit de Rotte tot achter aan het erf van Cornelis de cuijper. Met een steeg tot in de Vogelesanck, volgens de gift die Dirck Aelwijnsz. daarvan had ontvangen. Met voorwaarde dat de goot tussen dit huis en dat van Maritgen Quirijnen altijd samen half en half gehouden zal worden, vlgs. de scheidingsbrief daarvan zijnde. Vrij en onbelast. Waarborg Mathijs Vranckenz. met huis en erf in de Nupoort, Jan Baertsz. zz en Aernt Kerstantszoonsstege nz.

30-1-1562: Arendt Meesz. Paus deb. Hillegont Jansdr., het weeskind van Jan de Wit Diricxz., 45 sts. per jaar, verz. op zijn huis en erf in de Oostwaegenstraet, Aechte IJsbrantsdr. nz en Jacob Jacobsz. alias Costertgen zz. Reeds bezwaard met 30 sts. per jaar

fo. 102v - 19-4-1564: Jan Jansz. deb. Hillegont, Maritgen en Margrieta Jansdochters, weeskinderen van Jan de Wit, 18 kgld. per jaar, verz. op al zijn goed. Borg als mede-principaal Jan Pietersz. onder verband van huis en erf op ’t Westeynde, Pieter Thonisz. wz en Jan Aertsz. oz, strekk. van de halve straat tot achter in de haven. Reeds bezwaard met 9 kgld. 2½ st. per jaar

fo. 261v - 4-5-1575: Cornelie Joestendr. wed. van Lenert Jansz. backer, met Wouter Ghijsbertsz. als haar gekozen voogd in deze, is schuldig aan Wouter Aerntsz. van Delft als man en voogd van zijn huisvrouw, erfgename van Eeuwoutgen Jansdr., 6 schell. en 3 groten vlaams per jaar, verz. op haar huis, erf en brouwerij genaamd De Drye Ringen, waartoe deze rente dient als deel van de koopsom die Wouter Aerntsz. toekomt, staande in het Oestvierendeel binnen Rtd., Gerrit Cornelisz. brouwer wz en Job Jansz. vleyschouwer oz, strekk. van de halve straat tot achter in de Kipsloot. Zijnde voordien vrij en onbezwaard.
(dochter Hillegont Jans de Wit is brouster in de Drie Ringen)

Renteboek Rotterdam - fol. 23, 23-3-1582
Cornelia Joestendr. brouster in de Drie Ringhen, met Jan Adriaensz. Hoogeveen haar behoudzoon en gekozen voogd in deze -
Katrijn Joestendr, haar zuster, weduwe van IJsbrant Adriaensz. -
huis en erf en brouwerij wegens koop van 1/8 part, Hoochstraet Oostvierendeel binnendijks, Gerrit van Vloeswijck brouwer wz en Job Jansz. vleyshouder voor en de sluis achter oz. Nog schuur en 2 huisjes op de Botersloot, Jan Govertsz. calckvercoper nz, Maritgen Lenertsdr. zz.

Renteboek Rotterdam - fol. 23, 23-3-1582 De zelfde - Wouter Gijsbertsz. - huis en erf genaamd Den Bonten Hont in de Middeldam, Willem Jansz. laeckencoper wz, Lenert Lenertsz. caescoper oz.

Renteboek Rotterdam - fol. 33v. 30-7-1582 Crijn Pietersz. schipper binnen Rotterdam - Neeltgen Joostendr. wed. van Lenert Jansz. - huis en erf in het Westnyeuwelant, Wouter Cornelisz. oz, Vranck Dircxz. wz.

Renteboek Rotterdam - fol. 34, 30-7-1582 De zelfde - Trijn Joostendr. wed. van IJsbrant Aerntsz. schiptimmerman – huis en erf als boven

Weeskamer Rotterdam - 1199 585/282 12-4-1596 Jan Adriaensz. Hoegeveen - Grietgen Jan de Witsdr.
(Curators: Wouter Gijsbrechtsz. Stam en Adriaen Dimmen)
Kinderen erven legaat van grootmoeder moederszijde Cornelie Joostendr.
Bloedvrienden: Meynsgen Adriaens van Hoogeveen X Arent Pietersz. Tromper en Dimman Cornelisz. brouwer. Zuster van Grietgen Jansdr.(=Hillegont Jans) X Adriaen Reymbrantsz. brouwer.
[lid van de vroedschap van Rotterdam: 1597-1620 : Adriaen Reymbrantsz Brouwer (-1620)]
Kinderen:
Jan, geb. ca. 1593 (afrek. 1620),
Neeltgen, geb. ca. 1595 (afrek. 1620)

08.08.1591 ona Rotterdam, akte 200/259, not Jacob Symonsz, testament
Neeltgen Joestendr, weduwe van Jan de Witte Dircxz, broutster. Zij legateert 3200 gulden aan de kinderen van haar dochter Grietgen Jansdr en Jan Adriaensz Hoegeveen. Dit bedrag zal door Wouter Ghijssen, stierman, en Adriaen Dimmensz ontvangen en beheerd moeten worden, en tot profijt van de kinderen op rente worden gezet. Haar andere dochter, Hillegont Jansdr, zal haar huis krijgen. Dit huis, genaamt Den Bontenhont, staande en gelegen in de Middeldam op de Hoogstraat, binnensdijcx, is belend ten westen Willem Jansz, laeckencoeper, en ten oosten het huis en erf genaamt Den Oijevaer, strekkende voor van de straat tot aan het huis genaamt De Caerskorff. Beide dochters worden tot erfgenaam benoemd.

13.11.1596 ona Rotterdam, akte 72/137, not Gerrit Jansz van Woerden, transport
Jan IJsbrantsz, pannebacker, wonende te Delft, man van Trijn Jansdr, die een dochter is van Jan Oziersz, draagt een schuldbrief over aan Jan Adriaensz, backer in den Bonten Hont, inhoudende 437 gulden, die hij heeft op Geertgen Gorisdr, weduwe van Jan Ostensz, wonende Ter Heyde.

?23.10.1599 ona Rotterdam, akte 184/522, not Jacob Symonsz, arbitrage
Willem Letterhuys, 49 jaar, Dirck de Wit, gesworen roedraeger, 58 jaar (geb ca 1541), en Jan Gijsbrechts Pijck, 32 jaar, leggen een verklaring af op verzoek van Jan Jans van Bernevelt.
Ten huize van Gerrit Jans van Dobben op 19-09-1599 hebben zij tezamen met Willem Claesz van Sorgen bemiddeld in het conflict van Jan Jans van Bernevelt en andere gebrandewijnmaeckers en vercoepers met Jan Oliviers, pachter van de gebrande wijnen?

 

II 1a. ADRIAEN REYMBRANTSZ BROUWER en HILLEGOND JANSDR DE WIT
Hillegond Jansdr de Wit, dochter van Cornelia Joostendr van Bijlenburch, weduwe Jan Dircxz de Wit, brouwster in ‘de 3 Ringen’
Adriaen Reymbrantsz Brouwer, overleden 1620, brouwer in de 3 Ringen, zoon van Reymbrandt Pietersz, drapenier

*
Op 30 October 1618 ontsloeg Prins Maurits de zitting hebbende Vroedschappen ten getale van 22 - er waren twee vacatures -- en benoemde een nieuw college van 24 Vroedschappen, waarin zeven der oude leden zitting kregen.
Het nieuwe college bestond o.a. uit Adriaen Reymbrantsz Brouwer,

fo. 201 - 15-6-1570: Huych Adriaensz. cuper en Gillis Aerntsz. als voogden van de weeskinderen van wijlen Jan Dircxz. brouwersknecht deb. Hillegont Jan de Wittendr. 3 kgld. per jaar, verzekerd op de twee huizen en erven van de weeskinderen in de Kipstraet, de weduwe van Joris Hubrechtsz. oz en Arent Willemsz. Roebol wz, strakke uit de Kipsloot tot achter aan de kaatsbaan van vsz. Arent Willemsz. Tot dan toe vrij en onbelast. De vsz. Huych Adriaensz. stelt zich borg onder verband van al zijn goederen, met speciale belofte dat deze rente binnen 4 jaren afgelost zal worden. (Geroyeerd bij deze, alzo de brief is afgelost, actum 28-9-1618 (!)).

Weeskamer Rotterdam - 1218 585/404 8-11-1596 en 427 2-5-1603 Claes Korssen backer (ov) Grietgen Huijgendr. (ov) (vgdn.: Jacob Huijgen cleermaker, Barent Huijgenz. backer en Adriaen Reymbrantsz. brouwer) Moeye Machtelt Huijgendr. Kind: Geertgen Claesdr. (X Gerard Cornelisz. de Lange (ex Cornelis Gerritsz. de Lange), 1603

1287 586/377 4-6-1599 en 19-3-1604 Goessen Pietersz. linnewever (ov) Aeltgen Aerntsdr. (ov voor 1-11-1585) (vgdn.: Adriaen Reymbrantsz. brouwer, Pieter Claesz. backer en Pieter Gerritsz. spellemaker; ooms en bloedvgdn.: Willem en Gerrit Arentszonen, scheepmakers) Nog genoemd oom Aernt Pietersz. en grootm. Eeuwitge Goessendr. Kinderen: Pieter Goessensz. geb. ca. 1581 (afrek. 1604), Geertgen, geb. ca. 1577 (X Adriaen Jansz., 1604), Soetgen, geb. ca. 1582 (X Vincent Zybertsz., 1604)

31.08.1599 ona Rotterdam, akte 169/473, not Jacob Symonsz, testament
Hillegont Jans de Wit, vrouw van Adriaen Reymbrandts, brouwer, wonende in de brouwerije van de Drye Ringen op de Hoochstraet, benoemt tot haar erfgenamen haar zuster Grietgen Jans, nu getrouwd met Jan Adriaens Hoegeveen, en haar kinderen

04.09.1599 ona Rotterdam, akte 171/480, not Jacob Symonsz, testament
Hillegont Jans, vrouw van Adriaen Reymbrandts, brouwer, wonende in de Drie Ringen op de Hoochstraet, benoemt tot haar erfgename haar zuster Grietgen Jans, vrouw van Jan Adriaens Hogeveen, en haar kinderen. De akte heeft dezelfde strekking als akte no 169

25.01.1614 ona Rotterdam, akte 111/367, not Jacob Symonsz, attestatie
Adriaen Reijmbrandtsz, brouwer, raedt alhier, verklaart op verzoek van Adriaen Dimmen en Appolonia Dimmen, weduwe van Cornelis Willemsz, stierman, erfgenamen van Catherina Dircxdr, weduwe van Dimman Cornelisz, hun moeder, dat hij ca. 5 weken geleden met Adriaen Dimmen, Dimman Cornelisz, zijn neef, David Willemsz van Kerckhem, schoemaecker, en Adriaen Adriaensz Sgraevensande, timmerman, zijn zwager, bij elkaar waren ten huize van Adriaen en Appolonia, bewoond door Davidt Willemsz, in de Corte Kipstraet.
Betreft onderhandelingen tussen Adriaen Dimmen en Dimman Cornelisz, namens zijn moeder Appolonia Dimmen, en Davidt Willemsz inzake koop door laatstgenoemde van het huis in de Corte Kipstraet.
Onder voorwaarden wordt de koop afgesloten voor een bedrag van 4.150 gulden.
Het huis is belend aan de westzijde door Anthoni de blaeuverwer, Adriaen Jansz Verhaeven, coeckebacker aan de oostzijde, strekkende van de Kipsloot tot aan het huis van Aeltgen Jansdr van Oudewaeter, weduwe van Lieven Pietersz Vermeulen.
N.B.: op blz. 367 is met potlood achter de naam Dimman Cornelisz de naam Prins vermeld.


II 1b. JAN ADRIAENSZ HOGEVEEN en GRIETGEN JAN DE WITSDR – 1588 wonen Buttersloot
Grietgen Jan de Witsdr, dochter van Jan Dircksz de Wit en Cornelia Joostendr van Bijlenburch
Jan Adriaensz Hogeveen, zoon van Adriaen Melisz van Hoogeveen. Zijn vader was Melis Adriaensz van Hoogeveen, burgemeester en vroedschap 1522-1555, brouwer, tr Maritge Willemsdr. Biscop

x 05.07.1579 te Rotterdam, ned.geref, Jan Ariens en Grietge Jans de Witte
Jan, geb. ca. 1593 (afrek. 1620),
Neeltgen, geb. ca. 1595 (afrek. 1620)


*
Weeskamer Rotterdam - 687 581/119 7-12-1556 Melis Adriaensz. van Hooghenveen (ov) Maritge Willem Bischopsdr.
Kinderen: Willem alias Willem Bisscop (als invalide onder cur.), Weyntge en Annetge, (oudere brs. en zr.: Cornelis en Gerrit, Hillegond, geb. ca. 1518 (X Cornelis Jacobsz., voor 1556))

28.07.1588 ona Rotterdam, akte 66/108, not Jacob Symonsz, insinuatie
Van Henrick Meeusz jegens Jan Adriaensz Hoegeveen wonende Buttersloot.
Het tappen in het huis het Wapen van Haerlem in de Nieuwestraet levert onvoldoende inkomsten op omdat de kelder onder het pand niet te gebruiken is.

30.03.1588 ona Rotterdam, akte 25/39, not Jacob Symonsz, verkoop
Sebastiaen Cornelisz de Hase, man en voogd over Magdaleentgen Gijsbrechtsdr, dochter van Dieuwer Reijniertsdr uit Goude, verkoopt percelen land gelegen in het land van Steijn aan Jan Adriaensz van Hoegeveen.

01.02.1591 ona Rotterdam, aket 119/161, not Jacob Symonsz, machtiging
Jan Dammasz, erfgenaam van Adriaen Pietersz de Vet, zijn oudoom, in zijn leven wonende te Dordrecht, voor hem zelf alsmede optredend voor Henrick IJemandstz, man van Neeltgen Pietersdr, en Jan Cornelisz Halling, man van Catherina Fransdr, beiden mede erfgenamen, machtigt Jan Pietersz Pesser en Jan Adriaensz Hoegeveen, om aan Machtelt Cornelisdr, weduwe van Adriaen Melisz Hoegeveen, een deel van het land over te dragen dat tot de erfenis behoort.

19.02.1591 ona Rotterdam, akte 129/175, not Jacob Symonsz, machtiging
Jan Cornelisz Halling, man van Catherina Fransdr, mede erfgename van wijlen haar oom Adriaen Pieters de Vet, in zijn leven wonende te Dordrecht, machtigt Jan Pietersz Pesser en Jan Adriaensz van Hoegeveen, in verband met de overdracht van het deel van de erfenis dat zijn vrouw was aanbestorven aan Machtelt Cornelisdr, weduwe van Adriaen Melisz Hoegeveen.

Weeskamer Rotterdam - 1199 585/282 12-4-1596 Jan Adriaensz. Hoegeveen - Grietgen Jan de Witsdr.
(Curators: Wouter Gijsbrechtsz. Stam en Adriaen Dimmen)
Kinderen erven legaat van grootmoeder moederszijde Cornelie Joostendr.
Bloedvrienden: Meynsgen Adriaens van Hoogeveen X Arent Pietersz. Tromper en Dimman Cornelisz. brouwer. Zuster van Grietgen Jansdr.(=Hillegont Jans) X Adriaen Reymbrantsz. brouwer.
[lid van de vroedschap van Rotterdam: 1597-1620 : Adriaen Reymbrantsz Brouwer (-1620)]
Kinderen:
Jan, geb. ca. 1593 (afrek. 1620),
Neeltgen, geb. ca. 1595 (afrek. 1620)

24.04.1596 ona Rotterdam, akte 25/56, not Gerrit Jansz van Woerden, machtiging
Jan Adriaensz Hogeveen machtigt zijn vrouw Grietgen Jansdr de Witte om al zijn zaken waar te nemen.

31.08.1599 ona Rotterdam, akte 169/473, not Jacob Symonsz, testament
Hillegont Jans de Wit, vrouw van Adriaen Reymbrandts, brouwer, wonende in de brouwerije van de Drye Ringen op de Hoochstraet, benoemt tot haar erfgenamen haar zuster Grietgen Jans, nu getrouwd met Jan Adriaens Hoegeveen, en haar kinderen

04.09.1599 ona Rotterdam, akte 171/480, not Jacob Symonsz, testament
Hillegont Jans, vrouw van Adriaen Reymbrandts, brouwer, wonende in de Drie Ringen op de Hoochstraet, benoemt tot haar erfgename haar zuster Grietgen Jans, vrouw van Jan Adriaens Hogeveen, en haar kinderen. De akte heeft dezelfde strekking als akte no 169

 

 

Een andere Jan de Wit

 

                                                    *FAMILIE JAN CORNELISZ DE WIT


I 1. JAN DE WIT en STYN/CHRISTINA
1577 Neeltgen, Jannitgen, Jutgen Jansdrs en Cornelis Jansz zijn erfgenamen voor de helft van Maritgen Cornelis geseijt Maritgen Maerts voor de helft
Erfgenamen andere helft: Jan Jacobsz van Nassouwen den Ouwen en Jan Jacobsz van Nassouwen de Jonge, broers en Clara en Ploen Jacobsdochters, zusters

kinderen
Jannitgen Jan de Witsdr              >1a
Neeltgen Jan de Witsdr              >1b JAN NN/CORNELIS NN
Jan Cornelisz de Wit
Jacob Cornelisz de Wit
 Maritgen Jans is dochter van haar zuster, halfzus van Jan
Jutgen of Lytgen Jans, haar zus >CLAES CHRISTOFFELSZ
Pieter Jansz haar broer              >2
Cornelis Jansz haar broer           >3
Hillegont Cornelisdr haar broersdochter

*

Giftboek Rotterdam - 7-5-1548: Zier Jansz. gga Quirijn Jansz. de brouwer hee op de Afterwech, Wouter Dammasz. zz en Joris de cuijper nz, strekk. uit de Buttersloot tot Joris Claesz.’s erf toe. Belast met 7½ st. per jaar memorierente en 1 st. ’s Gravenpacht. Waarborg zijn hee op de Middeldam, Jan die Wit schoemaker oz en Adriaen Tromper wz.

Giftboek Rotterdam - 8-7-1551: Claes Rochusz. geeft gifte aan Euwout Adriaensz. huis en erf in de Hooftsteech, Cornelis Jacobsz. nz en Thomas Jansz. zz, strekk. van de halve straat tot aan Cornelis Vlommen erf. Belast met 37½ st. per jaar. Waarborg Jan de Wit scoemaker met huis en erf in de Middeldam, mr. Jacob Gerytsz. oz en Zyer de vleyschouwer wz.

Schuldboek Rotterdam - fo. 9v, 11-2-1552: Mathijs Jansz. debit Henrick Aelbrechtsz. 216 kgld., te betalen met 18 kgld. per jaar m.i.v. mei 1553. Verzekerd op huis en erf in de Lombartstraet, Jan Henricksz. nz en de Goepier zz.
Borg Jan de Wit met huis en erf op de Middeldam, mr. Jacob Gerytsz. oz en Zier de vleyschouwer wz.

Giftboek Rotterdam - 6-10-1553: Christina weduwe wijlen Jan de Wit Geeft gifte aan Goessen Pietersz. een tuin met een huisje in Quaeckernaeck, Goessen Pietersz. zelf zz en de weduwe van Claes Clauwertsz. nz, het bleekveld wz en de sloot oz. Belast met 5 groten ’s Gravenpacht en 5 ponden holl. rente per jaar, behoudens dat Goessen zal behouden vrije in- en uitgang door de gang die langs het huis en erf van Michiel loopt. Waarborg Christina zelf met huis en erf op de Middeldam, Zier Jansz. wz en mr. Jacob Gerritsz. oz.

Renteboek Rotterdam - 5-6-1577: Henrick Willemsz. pottebacker deb. Jan Jacobsz. van Nassouwen den Ouwen en Jan Jacobsz. van Nassouwen de Jonge, gebroeders, alsmede Clara en PIoen Jacobsdochters, gezusters, als erfgenamen voor de helft van Maritgen Cornelis geseijt Maritgen Maerts, 30 sts. per jaar, verz. op het huis en erf in de Lombartstraet waarop deze rente bij de koop gevestigd geweest is, Diert Jansz. nz en Henrick Jansz. zz, strekk. van de halve straat tot achter in de Rotte.
5-6-1577: De zelfde deb. Neeltgen en Jannitgen Jansdr., alsmede Claes Christoffelsz. als man en voogd van Jutgen Jansdr., en Cornelis Jansz. als erfgenamen voor de helft van Maritgen Maerts vsz. een gelijke rente van 30 sts. per jaar, verz. als boven.

20-6-1562: Syr Jansz. vleyschouwer deb. Ghijsbrecht Adriaensz. Tromper 9 kgld. 10 sts. per jaar, verz. op zijn huis en erf op de Middeldam, Ghijsbrecht Ariensz. wz en de Keyserinnesluijs oz, strekk. achter vanaf Syer Jansz.’s huis tot aan het kleine kamertje of gevel van vsz. Ghijsbrecht. Nog verz. op zijn hee op de Middeldam, Ghijsbrecht Ariensz. vsz. wz en Styn Jan de Witten weduwe oz

Renteboek Rotterdam - 10-12-1569: Jan Oziersz. cuper deb. Machtelt Jacobs Trompersdr. wed. van Joost Fijck Dircxz. van Hove 12 kgld., verz. op zijn huis en erf in de Molensteech, Machtelt Adriaensdr. wed. van Ocker Adriaensz. nz en de wed. van Pieter Simonsz. schoelapper zz, strekk. van de halve straat tot achter in de Zijlsloot. Reeds bezwaard met 15 sts. per jaar. Nog verz. op zijn huis, erf en loods op de Vischdijck, Frans de metselaer wz en Adriaen Pieter Laurensz. oz, strekk. van de halve straat tot achter in de Sijl. Voordien vrij en onbelast. Borg Ozier Jansz. vleyschouwer onder verband van zijn huis en erf op de Middeldam binnendijks, Ghijsbrecht Adriaensz. Tromper wz en Styn Jan de Witte oz.

 

II 1a. JANNITGEN JAN DE WITSDR

*
19.05.1602 ona Rotterdam akte 103 not Jacob Symonsz testament
Jan Cornelisz de Wit, schipper, en zijn vrouw Annitgen Claesdr benoemen elkaar tot universeel erfgenaam.
Legaten van Jan aan zijn broer Jacob Cornelisz, aan de kinderen van zijn overleden halfzuster Maritgen Jansdr, aan Jacob Cornelisz en het kind van zijn halfzuster Maritgen Jansdr te weten zijn deel van de nalatenschap van ?Jan de Wit's dochter Neeltjen? nl. het huis en erf aan de Hoochstraet op de Middeldam waarin zijn moeije Jannitgen Jansdr nu woont, belend ten oosten door het huis van Joris Smout, genaamd 't Melckmeysgen, en ten westen het huis van Pieter Pietersz, zijdelaeckencoeper, genaamd de Paeu.
Legaat van Annitgen aan Neeltgen, nagelaten dochter van Dirck Thomasz, schipper, die nu bij hen woont. Legaat van Annitgen aan haar man, te weten de goederen die zij geerfd heeft van haar moeder Geertjen Pietersdr en van haar vader Claes Cornelisz.
-Weeskamer Rotterdam: 223 - 19-5-1602, nots. Jacob Symonsz.: Jan Cornelisz. de Wit schipper en Annitgen Claesdr. zijn huisvrouw, inwonende poorters Rotterdam, Mutueel testament.
Bij kinderloosheid alles aan de langstlevende. Sterft hij als eerste, dan Jacob Cornelisz. zijn broeder of diens kinderen zijn kleding, kleinodien, juwelen en 100 kgld. Het weeskind van Maritgen Jansdr. zijn halve zuster 25 gld. Van hetgeen hem testateur is aangekomen van Neeltgen Jan de Witsdr. zijn moeder moet 3/4 gaan aan Jacob Cornelisz. zijn broeder of diens kinderen en 1/4 aan het weeskind van Maritgen Jansdr. of haar kinderen. En het hee waarin zijn moeye Jannitgen Jansdr. nu woont, op de Hoochstraet Middeldam, het Melckmeijsgen toekomende Joris Smout oz en Pieter Pietersz.

II 1b.

 

 

II 2. PIETER JANSZ
Pieter Jansz, zoon van Jan de Wit
zijn zussen zijn Jannitgen Jan de Witsdr, Jutgen Jansz, Neeltgen Jan de Witsdr.
Zijn broer is Cornelis Jansz


*
Weeskamer Rotterdam 1677 594/157 12-3-1612 Jacob Cornelisz. de Wit (ev) Jannitgen Adriaensdr. (voogden: Andries Claesz. ’t Lieff capiteyn (8-9-1623 zijn weduwe Neeltgen Henricksdr.) en Cornelis Anthonisz. Cruijder)
Kinderen erven van oude moeye Jannitgen Jan de Witsdr. (ov), die legateert bij test. nots. Esau van der Heyden Rotterdam (datum nn.):
de kinderen van haar broeder Cornelis Jansz.,
de kinderen van haar broeder Pieter Jansz.,
het kind van Maritgen Jans, haar zustersdr.,
de kinderen van Jutgen (Lytgen?) Jans, haar zuster en
Hillegont Cornelisdr., haar broersdr.
Grootmoeder van de kinderen was Neeltgen Jan de Witsdr.
De kinderen erven ook van oom Jan Cornelisz. de Wit (test. nots. Jacob Symonsz. 19-5-1602 (zijn weduwe Annitgen Symonsdr.(moet Claesdr zijn)), als schipper overleden op de reis van Oostindië op zijn schip Rotterdam voor 12-3-1612.
Het huis op de Keizerinnesluis aan de erfgenamen van Jacob en van Jan Corneliszonen voor 22/24 en voor het weeskind van Maritgen Jansdr. hun halve zuster voor 2/24 parten.
Jacob Jansz. zoon van Maritgen Jansdr. is in het Leprooshuis en overleden voor 7-1-1615.
Kinderen: Neeltgen Jacobsdr., geb. ca. 1598 (afrek. 8-9-1623); Deliaentgen Jacobsdr., geb. ca. 1600 (afrek. 8-9-1623)


II 1b. JAN/CORNELIS JANSZ BOCXMAECKER en NEELTGEN JAN DE WITSDR/JAEPKEN JACOBSDR/GRIETGEN CORNELISDR

Voor Cornelis Janz Bocxmaecker zie onderaan pagina

Cornelis Jansz Bocxmaecker, zoon van Jan.
Neeltgen Jan de Witsdr, dochter van Jan de Wit,
Moeye van de kinderen is Maritgen Jansdr

Kinderen
Hillegont Cornelisdr      >2a JACOB WILLEMSZ VAN BENTHEN, visscher
Trijntgen                       >2b WILLEM ADRIAENSZ SPIERINX
Jan Cornelisz de Wit     >3 ANNITGEN CLAESDR DE REUS
x otr 08/15.04.1590 te Rotterdam, ned.geref, Jan Cornelissen de Witt schipper met Anneken Claesdr beijde van Rotterdam – getrouwt uit last van mijn Heeren: den 15. April: 90
Jacob Cornelisz de Wit >4 JANNEKEN ARIENS
x otr 16.01/06.02.1594 te Rotterdam, ned.geref, Jacob Cornelisson de Witt, j.g. van Rotterdam, op de Hoochstraet met Janneken Ariens j.d. van Harlem, woont op de achterwech getrout den 6. Feb: 94
*
Maritgen Jans
Halfzuster, overleden voor 19.05.1602, heeft kinderen
Jacob Jansz. zoon van Maritgen Jansdr. is in het Leprooshuis en overleden voor 7-1-1615.


begraven tussen 24.10 en 31.10.1594 te Rotterdam NEEL JAN DE WIT, wonende op de Middeldam

*
HOF VAN HOLLAND, 1556-1586 - 1056/69 31-7-1570 in de zaak hangende voor dit hof tussen mr. roelant de poffere pensionaris van de edelen ende staten van zeeland won. ter veere, eerst gede. in appel ende nu eisser in raeu actie ter eenre ende cornelis jansz. boxmaecker mede aldaar, als borge van t gewijsde voor jacques pietersz. eerst appellant ende nu verwerer ter anderen zijde.

Weeskamer Rotterdam - 1238 586/89 23-4-1597 verticht: 11-11-1585 Cornelis Jansz. bocxmaecker (ov) Jaepken Jacobsdr. (ov) 2X Grietgen Cornelisdr.
(voogden: Gerrit Jansz. schrijnwercker en Joost Joosten Beyerman (1609 vervangen door zijn zoon Henrick Joosten Beyerman)) Moeye van de kinderen Maritgen Jansdr.
Kinderen:
Trijntgen (X Willem Adriaensz. 1597, weduwe 1607),
Jan Cornelisz. (de Wit, schipper, X Annitgen Claesdr. ?)(ov voor juli 1611, dr. Jannitgen Jansdr. de Wit),
Hillegont (X Jacob Willemsz. van Benthen, visscher),
Jacob Cornelisz. Kerck (jongste zoon, aanw. 1607, X Fytgen Cornelisdr. 1609, afrek. 1610)

Weeskamer Rotterdam - 1136 584/466 9-12-1594 Pieter Pietersz. scheepstimmerman (ov) Willemtgen Jeroensdr. (ov) (voogden: Jacob Pietersz. scheepstimmerman en Leendert Jansz. van der Zijde i.p.v. Cornelis Jansz. bocxmaker en vervangen door Maerten Jansz. Versijden, 1595)
Kinderen: Pieter, Aeltgen (X Leendert Jansz. van der Zijde, ov 1595 en 2X Ernst Ernstenz. laeckenbereyder)

 

III 2a. JACOB WILLEMSEN VAN BENTEN en HEILIGOND CORNELIS
Hillegond Cornelisdr, dochter van Cornelis Jansz bocxmaecker en Jaepken Jacobsdr? Grietgen Cornelisdr? Neeltgen Jan de Witsdr
Jacob Willemsen van Bent, geboren te Scheveningen, [?overleden 22.05.1652 te Scheveningen, beroep visser, zoon van Willem Jacobsz van Benten en Immetgen Floren, ook genoemd Saeneke?]
Hun kinderen: legaat van Jannitgen Jan de Witsdr, aangebracht door Annitgen Claesdr, wed Jan Cornelisz de Wit, geld van Trijn, dochter van Cornelis Jansz bocxmaecker

x otr 10.05/24.05.1598 te Rotterdam, ned.geref, Jacob Willemsen, j.g. van Schevelinge woont daer, met Heiligond Cornelis j.d. van Rotterdam, woont opt Westeinde getrout den 24 Meij 98

*
?fo. 320v - 4-2-1579: Adriaen Adriaensz. van Aeckermonde deb. Pieter Jansz. du Bien 6 kgld. per jaar, verz. op de loods, erf en plaats met de steeg gelegen achter het erf van vsz. Pieter Jansz. in het Westnyeuwelant waarop deze rente bij de koop gevestigd is, Hillegont Cornelisdr. oz en Pieter Jansz. du Bien wz, strekk. vanaf het erf van Pieter Jansz. vsz. tot achter in de Zijl en voorts met de steeg tot op de Visschersdijck en nog over de dijk met een buursteeg tot de stedestraat genaamd De Oude Vest. Nog op zijn hee en loods in het Westnyeuwelant vsz., Cornelis Maertsz. cuper zz en Ghijsbert Gerytsz. schoemacker nz. Zijnde de nieuwe loods, erf en plaats onbelast, zoals heden daarvan de gifte ontvangen

?364v - 4-3-1581: Eeuwout Dircxz. deb. Jan Dircxz. zijn broeder 18 kgld. per jaar, verz. op zijn hee in het Westvierendeel buitendijks, waarop deze rente bij de koop gevestigd is, Cornelis Melisz. voor en Willem Claesz. van Zorghen achter oz en Hillegont Cornelisdr. wz, strekk. van de halve straat tot achter aan het Marctvelt. Voordien vrij en onbelast. (Geroyeerd als gelost zijnde op 23-6-1598

11.12.1599 ona Rotterdam, akte 203/574, not Jacob Symonsz, attestatie
Jacob Corssen, constabel, 38 jaar, Gerrebrandt Jans, timmerman, 29 jaar, en de bootsgesellen Michiel Cornelis Lichthart, 26 jaar, Jacob Axriaens, 21 jaar en Adriaen Hobben, 20 jaar,
leggen een verklaring af op verzoek van Jan Adriaens Doemen, stierman op het buysschip (ter coopvaerdie toegemaeckt), groot 60 lasten, met als schipper Willem Benten te Scheveningen.
Op 3-11-1599 zeilden zij uit de Maese naar Dantswijck.
Op 7-11-1599 kwamen zij bij de haven van Rasulba of Rasuwa, een mijl beneden 't Lage Land te Liest in Noorwegen. Door een faulte wind moesten zij de haven aldaar binnenlopen en enige tijd blijven. Er ontstond onenigheid tussen de schipper en de stierman en met het scheepsvolk over de verkoop van brood, het niet kopen van koren, het negeren van het gevaar van zeerovers, het niet uitvaren tezamen met andere Hollandse schippers e.d.

21.01.1600 ona Rotterdam, akte 213/603, not Jacob Symonsz, attestatie
Calijtgen Michiels, weduwe van Michiel Wilderman, 57 jaar, Lijntgen Thijman, ongehuwd, 30 jaar, en Robbrecht Jans, 24 jaar, leggen een verklaring af op verzoek van Jacob Doemen, stierman, wonende op 't Westeynde van de Hoochstraet, betreffende een gesprek van Gerrit de Cock met schipper Willem van Benten van Scheveningen over hun reis naar Danswijck

19.09.1602 ona Delfshaven, akte 54/76, not Dirck Jacobsz Gommersbach, attestatie
Jan Claesz, 30 jr, Hendrick Reijersz van Quaedijck, 27 jr, Claes Claesz van der Rijp, 35 jr, Cornelis Jansz van Scevelinghen, 32 jr, en Lenert Dircxsz van der Ley, 53 jr, en Pieter Florisz van Scevelinghen, allen varende luyden ten harinck met Claes Jansz, schipper van Scevelinghen, leggen op verzoek van de laatste een verklaring af betreffende een meningsverschil met Willem Jacobsz Benten, schipper van Scevelinghe over het korven van het want en het afhouwen van het anker.

21.09.1602 ona Delfshaven, akte 55/78, not Dirck Jacobsz Gommersbacht, attestatie
Bastiaen Cornelisz, stierman, wonend alhier, 27 jr, en Job Leenertsz van Goeree, 38 jr, varend met Bastiaen Cornelisz, verklaren op verzoek van Claes Jansz, stierman van Scevelingen, dat ca. 3 weken geleden toen zij hun neeringhe aan het doen waren, ene Willem Jacobsz Benten, stierman van Scevelinghen het wandt van Claes Jansz had gekorven. In dezelfde periode hebben enige andere schepen dit ook gedaan.

04.01.1602 ona Delfshaven, akte 5/10, not Dirck Jacobsz Gommersbacht, attestatie
Isaack Foppen, 58 jr, en Cornelis Dircxsz, 24 jr, zeevaerendeluyden wonend op Delfshaeven, leggen op verzoek van Engebrecht Leendertsz, stierman, een verklaring af betreffende het feit dat in september j.l. Willem Bente, stierman van Scevelinghen tijdens een storm met zijn buijs aan kwam varen, zonder het zeil te hijsen; Engebrecht is daardoor genoodzaakt geweest zijn eigen kabel af te hakken.

Weeskamer Rotterdam 1677 594/157 12-3-1612 Jacob Cornelisz. de Wit (ev) Jannitgen Adriaensdr. (voogden: Andries Claesz. ’t Lieff capiteyn (8-9-1623 zijn weduwe Neeltgen Henricksdr.) en Cornelis Anthonisz. Cruijder)
Kinderen erven van oude moeye Jannitgen Jan de Witsdr. (ov), die legateert bij test. nots. Esau van der Heyden Rotterdam (datum nn.):
de kinderen van haar broeder Cornelis Jansz.,
de kinderen van haar broeder Pieter Jansz.,
het kind van Maritgen Jans, haar zustersdr.,
de kinderen van Jutgen (Lytgen?) Jans, haar zuster en
Hillegont Cornelisdr., haar broersdr.
Grootmoeder van de kinderen was Neeltgen Jan de Witsdr.
De kinderen erven ook van oom Jan Cornelisz. de Wit (test. nots. Jacob Symonsz. 19-5-1602 (zijn weduwe Annitgen Symonsdr.(moet Claesdr zijn)), als schipper overleden op de reis van Oostindië op zijn schip Rotterdam voor 12-3-1612.
Het huis op de Keizerinnesluis aan de erfgenamen van Jacob en van Jan Corneliszonen voor 22/24 en voor het weeskind van Maritgen Jansdr. hun halve zuster voor 2/24 parten.
Jacob Jansz. zoon van Maritgen Jansdr. is in het Leprooshuis en overleden voor 7-1-1615.
Kinderen: Neeltgen Jacobsdr., geb. ca. 1598 (afrek. 8-9-1623); Deliaentgen Jacobsdr., geb. ca. 1600 (afrek. 8-9-1623)

Weeskamer Rotterdam - 1695 594/300 3-12-1612 Jacob Willemsz. van Benthem visser nn.
Kinderen legaat van Jannitgen Jan de Witsdr., aangebracht door Annitgen Claesdr. weduwe van Jan Cornelisz. de Wit;
De kinderen komt toe het geld van Trijn, dochter van Cornelis Jansz. bocxmaecker, berustende onder de bewindhebbers V.O.C. Kinderen: Kinderen nn.

10.06.1628 ona Rotterdam, akte 234/356, not Jacob Duyfhuysen jr, attestatie
Sybert Cornelisz van Schevelingen, 25 jaar, en Pieter Claes van Ditmars, 24 jaar, leggen een verklaring af op verzoek van Jan Cornelisz, gewezen schiemansmaet onder generael Jacques Leremite.
Zij verklaren dat zij met elkaar en met Cornelis Jansz Thart op het schip 'Mauritius' met voorn. generael op 29-04-1623 uitgevaren zijn.
Voorn. Thart had een schuld van 24 gld. aan voorn. Jan Cornelisz. Na de dood van voorn. Thart heeft voorn. Cornelisz 20 gld. betaald aan Jan van Bentum, opperstierman op hetzelfde schip, als leergeld.
Tevens heeft Thart zijn testament gemaakt op 19-01-1624 waarin hij Cornelisz legateert voor zijn gage


III 2b. WILLEM ADRIAENSZ SPIERINCK en TRIJNTGEN CORNELIS
Trijntgen Cornelis, overleden voor 27.08.1616, dochter van Cornelis Jansz bocxmaecker en Jaepken Jacobsdr? Grietgen Cornelisdr? Neeltgen Jan de Witsdr
Willem Adriaensz Spierinck, overleden voor 1607
Kind Adriaen erft van oom moederszijde Jan Cornelisz (1616)

Kind
Adriaen

Begraven 19.08.1617 te Rotterdam [een] TRIJNTGEN CORNELIS – de werkelijke datum ligt in de week daaraan voorafgaande

*
1238 586/89 23-4-1597 verticht: 11-11-1585 Cornelis Jansz. bocxmaecker (ov) Jaepken Jacobsdr. (ov) 2X Grietgen Cornelisdr. (voogden: Gerrit Jansz. schrijnwercker en Joost Joosten Beyerman (1609 verv. door zijn zn. Henrick Joosten Beyerman)) Moeye van de kinderen Maritgen Jansdr.
Kinderen:
Trijntgen (X Willem Adriaensz. 1597, weduwe 1607),
Jan Cornelisz. (de Wit, schipper, X Annitgen Claesdr. ?)(ov voor juli 1611, dr. Jannitgen Jansdr. de Wit),
Hillegont (X Jacob Willemsz van Benthen, visscher),
Jacob Cornelisz. Kerck (jongste zoon, aanw. 1607, X Fytgen Cornelisdr. 1609, afrek. 1610)

1241 586/101v 27-8-1616 Willem Adriaensz. Spierinck (ov) Trijntgen Cornelisdr. (ov)(ex Cornelis Jansz. bocxmaecker)
Erft van oom moederszijde Jan Cornelisz. (oom en voogd: Jacques Spierinck tot Amsterdam) Als weesmeester Rotterdam tekent Adriaen Spiering. Kind: Adriaen, zie nr. 1238


III 3. JAN CORNELISZ DE WIT/PIETER PIETERS HEIJN en ANNITGEN CLAESDR DE REUS >FAMILIE DE REUS
In 1602 bezit hij huis en erf aan de Hoochstraet op de Middeldam, waar zijn moeye Jannitgen Jansdr nu woont
Jan Cornelisz de Wit, geboren ca 1565, overleden voor 16.09.1611, als schipper op het schip Rotterdam, Neeltgen Jan de Witsdr. zijn moeder
?zoon van Cornelis Jansz bocxmaecker en Jaepken Jacobsdr of Grietgen Cornelisdr-zie weeskamer 1597?
Zijn broer is Jacob Cornelis, zijn halve zuster, overleden voor 1602, is Maritgen Jans, zijn moeder is Neeltgen Jan de Witsdr, zijn moeye is Jannitgen Jansdr woont op de Hoochstraet Middeldam, tussen Het Melckmeysgen en de Paeu
Annitgen Claesdr de Reus, dochter van Claes Cornelisz en Geertgen Pieters, haar broer is Pieter Claesz. Reus, schipper, trouwt Lysbeth Claes Rochusdr, zie Claes Rochusz

x (1) otr 08/15.04.1590 te Rotterdam, ned.geref, Jan Cornelissen de Witt schipper met Anneken Claesdr beijde van Rotterdam – getrouwt uit last van mijn Heeren: den 15. April: 90
Kinderen
Jannitgen Jans

x (2) otr 09/23.12.1612 te Rotterdam, ned.geref, den 9 Decem. 1621 Pieter Pieters Heijn j.g. v.Delfshaeven w. aldaer met Anneken Claes, wed.e van Jan de Witt w. op de Blaeck den 23 dec. 1612

*
43v - 2-10-1599, nots. Jacob Symonsz.:
Pieter Leendertsz. Busch, coopman, raedt en inwon. poorter Rotterdam en Catharina Henricxdr zijn huisvrouw. Mutueel testament. Hun kinderen samen bewijzen 3600 kgld. met vruchtgebruik door de langstlevende en de kinderen onderhouden en opvoeden enz. Bij hertrouwen of ongehuwd overlijden van de langstlevende de erfgenamen, hetzij kinderen of naaste vrienden begroten op de vsz. 3600 gld. Seclusie weeskamer. Gedaan ten huize van de comparanten in de Houttuijn.
Present Jan Cornelisz. de Wit en Adriaen Cornelisz. beiden schippers en poorters Rotterdam.

19.05.1602 ona Rotterdam akte 103 not Jacob Symonsz testament
Jan Cornelisz de Wit, schipper, en zijn vrouw Annitgen Claesdr benoemen elkaar tot universeel erfgenaam.
Legaten van Jan aan zijn broer Jacob Cornelisz, aan de kinderen van zijn overleden halfzuster Maritgen Jansdr, aan Jacob Cornelisz en het kind van zijn halfzuster Maritgen Jansdr te weten zijn deel van de nalatenschap van ?Jan de Wit's dochter Neeltjen? [Weeskamer staat: Neeltgen Jan de Witsdr, zijn moeder] nl. het huis en erf aan de Hoochstraet op de Middeldam waarin zijn moeije Jannitgen Jansdr nu woont, belend ten oosten door het huis van Joris Smout, genaamd 't Melckmeysgen, en ten westen het huis van Pieter Pietersz, zijdelaeckencoeper, genaamd de Paeu.
Legaat van Annitgen aan Neeltgen, nagelaten dochter van Dirck Thomasz, schipper, die nu bij hen woont. Legaat van Annitgen aan haar man, te weten de goederen die zij geerfd heeft van haar moeder Geertjen Pietersdr en van haar vader Claes Cornelisz.
-Weeskamer Rotterdam: 223 - 19-5-1602, nots. Jacob Symonsz.: Jan Cornelisz. de Wit schipper en Annitgen Claesdr. zijn huisvrouw, inwonende poorters Rotterdam, Mutueel testament.
Bij kinderloosheid alles aan de langstlevende. Sterft hij als eerste, dan Jacob Cornelisz. zijn broeder of diens kinderen zijn kleding, kleinodien, juwelen en 100 kgld. Het weeskind van Maritgen Jansdr. zijn halve zuster 25 gld. Van hetgeen hem testateur is aangekomen van Neeltgen Jan de Witsdr. zijn moeder moet 3/4 gaan aan Jacob Cornelisz. zijn broeder of diens kinderen en 1/4 aan het weeskind van Maritgen Jansdr. of haar kinderen. En het huis en erf waarin zijn moeye Jannitgen Jansdr. nu woont, op de Hoochstraet Middeldam, het Melckmeijsgen toekomende Joris Smout oz en Pieter Pietersz. zijdelaeckenkooper’s huizinge genaamd De Paeu wz., waarop zij levenslang vruchtgebruik heeft, te scheiden tussen Jacob Cornelisz. en het weeskind van Maritgen Jansdr. half en half.
Als zij Annitgen Claesdr. als eerste sterft, dan haar naaste bloedvrunden erfgenaam vlgs. het recht van het land voor alle goederen haar aangekomen van Geertgen Pietersdr. haar moeder en bij Claes Cornelisz. haar vader vlgs. de uiterste wil van haar moeder levenslang in usufruct bezeten wordt. Daarbij al haar kleding en juwelen en nog 200 gld., terstond na haar dood.
Zij legateert Neeltgen, de nagelaten dr. van Dirck Thomasz. schipper, die nu met haar samen woont, 100 gld.
Naschrift 16-9-1611: Annitgen Claesdr. weduwe van Jan Cornelisz. de Wit, aanvaardt de nalatenschap op de condities van vsz. testament.

Zijn broer is Jacob Cornelis, zijn halve zuster is Maritgen Jans, zijn moeder is Neeltgen Jan de Witsdr, zijn moeye is Jannitgen Jansdr woont op de Hoochstraet Middeldam.

1545 591/126 8-10-1607 Pieter Claesz. Reus schipper (ov) Lysbeth Claes Rochusdr. (ov) 2X Grietgen Jansdr. (voogden: Dirck Adriaensz. metselaer en Abraham Jansz. de Reus en Jan Cornelisz. de Wit (X moeye Annitgen Claesdr. Reus, wed. 28-9-1612))
Kinderen erven van grootvader Claes Cornelisz. Reus.; Genoemd capiteyn Pieter Claes Rochusz. (oom) Kinderen: ex 1:
Annitgen Pietersdr. (aanwezig 8-10-1607);
Cornelis Pietersz. (reis gemaakt naar Sankt Thomee) alias van Lis, geb. ca. 1585 (afrek. 6-4-1618); Maritgen Pietersdr., geb. ca. 1583 (X Cornelis Cornelisz. Starreman, stierman, afrek. 6-4-1618); Neeltgen Pietersdr., geb. ca. 1589 (X Joris Cornelisz. Starreman, afrek. 6-4-1618);
Claes Pietersz., geb. ca. 1590, (afrek. 6-4-1618);
Neeltgen Pietersdr. (aanwezig met de anderen 28-9-1612 en 22-7-1615);
N.B.: er is 1 kind ex 2, maar ongenoemd.

12.11.1607 ona Rotterdam, akte 238/502, not Gerrit Jansz van Woerden, testament
Pieter Cornelisz van Schoonhoven, die als busschieter naar Oostindien gaat met schipper Jan de Widt, bekent 50 gulden schuldig te zijn aan Aeryaen Jansz, horenbreecker, wegens verteerde mondkosten; hij belooft deze schuld aan de laatste te betalen uit de maandgelden verdiend bij genoemde schipper.
Verder legateert hij als hij op deze reis komt te overlijden 20 gulden aan Anneken Aeryaens, dochter van Aeryaen Jansz.

 

Uit: De vloot van Pieter Willemsz Verhoeff, geschreven door Arnold van Wickeren.
De vijfde VOC-vloot naar Indie, die aanvankelijk in maart 1607 zou vertrekken, zeilt eerst 22 december 1607 uit. De vloot staat onder bevel van admiraal Pieter Willemsz Ver Hoeff, (of Verhoeff) die in de slag bij Gibraltar vlagkapitein bij Heemskerck is geweest. Zijn vice-admiraal is Frans Hendricksz Wittert, die als zodanig is aangenomen en ook om in Oost-Indie te blijven. Bij afwezigheid van Wittert, zal Simon Jansz Hoen als vice-admiraal optreden. De vloot bestaat uit de volgende schepen: Geunineerde Provintie, Amsterdam, het jacht de Paeuw, Zelandia of Zeeland, Hoorn en het jacht de Griffioen. Deze vier schepen en twee jachten hebben tot bestemming China. De Hollandia en het jacht den Arent gaan naar Ambon, de Roode Leeuw pet pijlen heeft tot bestemming Patani, de Middelborch en het jacht de Valck gaan naar Banda, de Delft moet naar Johore en Gresik gaan en de ROTTERDAM tenslotte dient een bezoek aan Malabar. Bepaald is dat de jachten voor de handel of anderszins in Oost-Indie kunnen blijven. Ook nu is weer sprake van een echte oorlogsvloot, met 2.000 man, onder wie vele honderden soldaten, die zijn uitgerust met vele handwapenen, zoals musketten en korte en lange spietsen.

Door de Kamers Delft en Rotterdam
Het schip Rotterdam, groot 500 Lasten, waarop Koopman was Adam Claasz van Driel, en Schipper Jan Cornelisz de Wit, met 30 stukken geschut en 210 man voorzien

 

22.03.1608 ona Rotterdam, akte 341/729, not Gerrit Jansz van Woerden, machtiging
Harman Eeckel, laeckenbereyder alhier, machtigt zijn broer Heyndrick Eeckel, wonend te Munster, om van Pieter Coplin, ook wonend te Munster 63 gulden te innen die hij tegoed heeft van Baernt Coplin, jonckgeselle van Munster, vanwege geleende gelden voor zijn reis naar Oostindien met schipper Jan de Widt.

04.06.1611 ona Rotterdam akte 130 not Jacob Symonsz huwelijksvoorwaarden
Samuel Jacobs, schoelapper, en Maritgen IJemans, weduwe van Pieter Jans, varende man, maken huwelijksvoorwaarden. Hij brengt zijn goederen in, die hij, als weduwnaar, geërfd heeft van zijn vrouw, Lijsbet Gerrits, met een bepaling t.a.v. zijn 2 kinderen en van Dignum Dingemans, voordochter van voorn. Elisabet Gerrits. Zij brengt in een deel in een huis in de Calmerstraet, geërfd van haar moeder, Geertgen Lievens, belend ten westen door Willem Coenen en ten oosten door Pieter Dircx, verwer, en de tegoeden die zij heeft op: Jan Lievens, constabel op het schip van Jan Cornelisz de Wit, uitgevaren naar Oost-Indien; Huybrecht Jacobs, cuyper; Barent Lambrechts, cuyper; Goessen van Arckel; Joris Willems; Huybrecht Das, timmerman; Adriaen Dircx, scheepstimmerman; Reymer Jans.

18.07.1611 ona Rotterdam akte 1 not Jacob Duyfhuysen attestatie
Claes Gerritsz den Bout Delfshaven
Cornelis Petersz, 33 jr, zoon van Peter Ariensz scheepstimmerman
Jacob Gerritsz den Bout, broer van Claes Gerritsz den Bout
Peter Ariens wielmaker Rotterdam, de Jan Cornelisz de Wit Van R'dam naar Oost-Indie Fort Nassau op Nero bij Banda in Oost-Indie Betreft het herroepen van een testament


III 4. JACOB CORNELISZ DE WITT en JANNITGEN ADRIAENSDR
Jacob Cornelisz de Witt, geb ca 1565, overleden voor 12.03.1612, zoon van Cornelis, tante van hun kinderen is Jannitgen Jan de Witsdr, overleden voor 12.03.1612
grootmoeder van de kinderen is Neeltgen Jan de Witsdr

 

x otr 16.01/06.02.1594 te Rotterdam, ned.geref, Jacob Cornelisson de Witt, j.g. van Rotterdam, op de Hoochstraet met Janneken Ariens j.d. van Harlem, woont op de achterwech getrout den 6. Feb: 94
kinderen
Kinderen:
Neeltgen Jacobsdr.    , geb. ca. 1598 (afrek. 8-9-1623)
Deliaentgen Jacobsdr., geb. ca. 1600 (afrek. 8-9-1623)
x otr 02.04/16.04.1628 te Rotterdam, ned.geref, Michiel Gijsbrechtsoon en Deliana Jacobs, j.d.


01.04.1628 ona Rotterdam, akte 164/431, not Jan van Aller Az, insinuatie
Michiel Gijsbrechtsz van Schilperoort wil trouwen met Deliaentgen Jacobsdr, jongedochter. Ingevolge het testament van comparants is oom, Jan Dircksz van Colen, moeten zijn voogden Eeuwoudt Dircksz van Cuelen, zijn oom, en Joris Gijsbrechtsz van Schilperoort, zijn broer, toestemming daarvoor geven. Zij hebben comparant bij akte d.d. 25/03/1628 door notaris Aelbrecht Troost doen aanzeggen dat zij daartoe niet bereid zijn. Volgt opdracht tot protest tegen genoemde voogden
06.01.1631 ona Rotterdam, akte 107/215, not Jan van Aller Az, attestatie
Dirck Govertsz Thoen stuyrman van de W.I.C., legt een verklaring af voor Deliaentgen Jacobsdr weduwe van Michiel Gijsbrechtsz Schulperoort, schipper. Schulperoort was schipper op het jacht Muyen en heeft op 13.02.1630 op schrift gesteld dat, indien hij voor Pharnambucco zou omkomen, hij aan de voorn. Thoen zijn kist en kleding naliet. Schulperoort is echter pas lange tijd daarna t.w. op 10.06.1630 in de baai van Capo St. Tubaroen in West Indie vermoord. Op grond hiervan heeft comparant het document verscheurd en de stukken aan voorn. Deliaentgen overgedragen.

*
1258 586/195 28-1-1598 Andries Claesz. Cap(iteyn) (ook capiteyn Andries Claesz.), Barbara Willemsdr. (ov) (voogden: Claes Adriaensz. Paeus (X moeye Maritgen Willemsdr.), Jan Crijnsz. scheepstimmerman, 1603 vervangen door Jacob Pietersz. van Neck en Huych Bruijnsz.)
Kind erft van grootvader Willem Oziersz. en grootmoeder Maritgen Cornelis Coenincxdr. (zij leeft 1604); Oudoom: Pieter Oziersz., oom: Cornelis Willemsz. Coening, moeye: Lysbet Cornelis Coenincxdr.
Kind: weeskind (ov voor febr. 1604), zie 1263

1263 586/220 11-8-1615 Cornelis Willemsz. Coening (ov) Maritgen Anthonisdr. (voogden: Egbert Jacobsz. en Henrick Danielsz. van Neck, 1623 nog Daniel van der Leck (afwezig) (1e vgd. is rentmr. v. h. gasthuis, optredend voor de erfgen. van Huych Bruijnsz.; zwager Andries Claesz. nu genoemd ’t Lief; genoemd oude moeye Maritge Sieren (ov) X Jan Quirijnsz. en Neel Jorisdr. wed. van Thoenis Andriesz. Zuijl(en)) Kind: Willem Cornelisz. Coning, geb. ca. 1600, afrek. 1623, zie nr. 1258

14.11.1619 ona Rotterdam, akte 99, not Jan van Aller Az, attestatie
Op verzoek van: Leendert Enggebrechts gewezen stuurman op de Draeck wonende te Delfshaven wordt verklaard door Andries Claesz 't Lieff, 54 jaar, capiteyn van de Grote Visserije en Claes Heynricksz, 39 jaar, stuyrman, dat zij met hun schip de Bekeeringe Pauli op 29.07.1619 kwamen gevaren voor hitland en daar twee schepen aantroffen waarvan het ene van Leendert Enggebrecht was dat een groot gat had en het andere van stuurman Joost Scheuns van den Briel.
zij hebben geprobeerd het schip te bergen en naar Bressont te brengen, hetgeen mislukte

Weeskamer Rotterdam 1677 594/157 12-3-1612 Jacob Cornelisz. de Wit (ev) Jannitgen Adriaensdr. (voogden: Andries Claesz. ’t Lieff capiteyn (8-9-1623 zijn weduwe Neeltgen Henricksdr.) en Cornelis Anthonisz. Cruijder)
Kinderen erven van oude moeye Jannitgen Jan de Witsdr. (ov), die legateert bij test. nots. Esau van der Heyden Rotterdam (datum nn.):
de kinderen van haar broeder Cornelis Jansz.,
de kinderen van haar broeder Pieter Jansz.,
het kind van Maritgen Jans, haar zustersdr.,
de kinderen van Jutgen (Lytgen?) Jans, haar zuster en
Hillegont Cornelisdr., haar broersdr.
Grootmoeder van de kinderen was Neeltgen Jan de Witsdr.
De kinderen erven ook van oom Jan Cornelisz. de Wit (test. nots. Jacob Symonsz. 19-5-1602 (zijn weduwe Annitgen Symonsdr.(moet Claesdr zijn)), als schipper overleden op de reis van Oostindië op zijn schip Rotterdam voor 12-3-1612.
Het huis op de Keizerinnesluis aan de erfgenamen van Jacob en van Jan Corneliszonen voor 22/24 en voor het weeskind van Maritgen Jansdr. hun halve zuster voor 2/24 parten.
Jacob Jansz. zoon van Maritgen Jansdr. is in het Leprooshuis en overleden voor 7-1-1615.
Kinderen: Neeltgen Jacobsdr., geb. ca. 1598 (afrek. 8-9-1623); Deliaentgen Jacobsdr., geb. ca. 1600 (afrek. 8-9-1623)

1695 594/300 3-12-1612 Jacob Willemsz. van Benthem visser nn.
Kinderen legaat van Jannitgen Jan de Witsdr., aangebracht door Annitgen Claesdr. weduwe van Jan Cornelisz. de Wit; De kinderen komt toe het geld van Trijn, dr. van Cornelis Jansz. bocxmaecker, berustende onder de bewindhebbers V.O.C. Kinderen: Kinderen nn.

 

*CORNELIS JANSZ BOCXMAECKER en BROERS/ZUSSEN

 

I 1. JAN BOCXMAECKER
Kinderen
Anneken Jansdr                  >1a OSIER HENRICXZ
Maritgen Jansdr                  >overleden zonder kinderen
Jan Jansz boxmaecker        >
Cornelis Jansz boxmaecker >


*
1620 - Broers en zussen, overleden voor 29.05.1620
Jan Jansz boxmaecker – Rotterdam, kinderen: Commerlie Jansdr, Neeltgen Jansdr, Geertgen Jansdr
Cornelis Jansz boxmaecker – Rotterdam, kinderen: Jacob Cornelisz, Trijn Cornelisdr
Annetgen Jansdr - Rotterdam, tr Osier Henricxz, kinderen Maritgen, Jan, Commertgen
Begraven 03.09.1601 te Rotterdam huijsvrouw van Jan Osiersz, woont Lombertstraet
Maritgen Jansdr - Rotterdam, overleden zonder kinderen

29.05.1620 ona Rotterdam, akte 119/337, not Willem Jacobsz, attestatie
Op verzoek van Jan Osiersz schuytvoerder op Amsterdam en Adriaen Harmansz, als man en voogd van Commertgen Osiersdr, hebben Jacob Adamsz, oud 62 jaar, chirurgijn, Cornelis Jansz, oud 63 jaar schuytvoerder op Amsterdam en Willem Michielsz, oud 56 jaar, schuytvoerder op Amsterdam verklaard
dat zij goed gekend hebben wijlen:
Jan Jansz boxmaecker en diens broer wijlen
Cornelis Jansz boxmaecker in hun leven gewoond hebbende te Rotterdam,
dat zij weten dat dezen nog twee zusters hebben gehad t.w.: wijlen
Annetgen Jansdr en
Maritgen Jansdr eveneens in hun leven gewoond hebbende te Rotterdam dat
Cornelis Jansz twee kinderen nagelaten heeft, t.w.: Jacob Cornelisz en Trijn Cornelisdr dat
Jan Jansz drie kinderen nagelaten heeft, t.w.: Commerlie Jansdr, Neeltgen Jansdr en Geertgen Jansdr laatstgenoemde wonende te Gravenhage,'s
dat Anneken Jansdr gehuwd was met Osier Henricxz varende man en drie kinderen nagelaten heeft, t.w.: Maritgen Osiersdr, Jan Osiersz en Commertgen Osiersdr dat Maritgen Jansdr is overleden zonder kinderen na te laten
De akte is opgemaakt ten huize van Henrick Evertsz staande op het Kerckhoff waar Amsterdam uithangt. De akte is niet ondertekend en doorgehaald, met in de marge de aantekening "ongepasseerd"
zie ook akte no.120

29.05.1620 ona Rotterdam, akte 120/340, not Willem Jacobsz, attestatie
Op verzoek van Jan Osiersz en Adriaen Harmansz, als man en voogd van Commertgen Osiersdr, hebben
Jacob Adamsz, oud 62 jaar, chirurgijn, Cornelis Jansz, oud 63 jaar, schuytvoerder op Amsterdam en Willem Michielsz, oud 56 jaar, schuytvoerder op Amsterdam verklaard dat zij goed gekend hebben wijlen:
Jan Jansz boxmaecker en diens broer wijlen
Cornelis Jansz boxmaecker in hun leven gewoon hebbend te Rotterdam,
dat zij weten dat dezen nog twee zusters hebben gehad, t.w. wijlen:
Anneken Jansdr en
Maritgen Jansdr eveneens in hun leven gewoond hebbend te Rotterdam,
dat Anneken Jansdr gehuwd was met wijlen Osier Henricxz varende man en tevens schuytvoerder op Amsterdam en van wie zij drie kinderen had, t.w.: Maritgen Osiersdr, Jan Osiersz en Commertgen Osiersdr
De akte is opgemaakt ten huize van Henrick Evertsz aan het Amsterdamveer waar Amsterdam uithangt.


II 1a. OSIER HENDRICKSZ en ANNEKEN JANS
Anneken Jans, dochter van Jan
zus van Annetgen Jans is: Maritgen Jans, geen kinderen. Broers zijn: Cornelis Jansz boxmaecker, Jan Jansz boxmaecker, allen overleden voor 29.05.1620

Kinderen
Jan Osiersz                >ELISABET DIRCXDR
Maritgen Osiersdr       >geen kinderen
Commertgen Osiersdr >ADRIAEN HARMANSZ
x otr 16.03/18.05.1597 te Rotterdam, ned.geref, Adriaen Cornelis, j.m. en Coenertgen Sieren, j.d.
x otr 01/18.04.1601 te Rotterdam, ned.geref, Aeriaen Hermensen, wed, met Cuiniertgen Sieren, wed van Ariaen Cornelis

 

Begraven 25.07/01.08.1594 te Rotterdam, OZIER HENRICXSZ, woonde Vischdijck bij ‘t Hang


*
17.10.1608 ona Rotterdam, akte 194/359, not Jacob Duyfhuysen, attestatie
Op verzoek van Yeman Henricx, lijndrayer, wordt een verklaring afgelegd door Adriaen Harmansz, 50 jr, coolmeter, Ghijsbrecht Ariensz, Jacob Willemsz Bis, 35 jr, beenhakker, zusters van Yeman Henricxz zijn Maertge Henricxdr, Ariaentge Hendricxdr
Verklaring dat broer en zuster erfgenamen zijn van hun vader Henrick Yemansz

01.01.1613 ona Rotterdam, akte 141/308, not Willem Jacobsz, testament
Aeltgen Jansdr vrouw van Jacob Jansz, varende man wonende Rijstuyn, benoemt tot haar erfgenamen haar kinderen Harman Adriaensz, Lysbeth Adriaensdr, Adriaentgen Adriaensdr waarvan de vader is Adriaen Harmansz, houtcooper, en haar jongste dochter die een extra legaat krijgt Aeltgen Jacobsdr, met nog een legaat aan haar vader Jan Pietersz Pesser.
x 05.02.1589 te Rotterdam, stadstrouw, Adriaen Hermansz, Brijele en Aeltgen Jansdr, Rotterdam

06.04.1620 ona Rotterdam, akte 105/292, not Willem Jacobsz, testament
Adriaen Harmansz poortier, en zijn vrouw Commertgen Syersdr, wonende Corte Lijnstraet benoemen elkaar tot universeel erfgenaam met legaat aan hun zes kinderen


JAN OSIERSZ en ELISABET DIRCXDR
Jan Osiersz, geb ca 1565, schuitvoerder op het Amsterdamse Veer, zoon van Anneken Jans en Osier Henricxz, varende man en schuytvoerder op Amsterdam
Zussen en broers van Anneken Jansz zijn: Cornelis Jansz boxmaecker, Jan Jansz boxmaecker, Maritgen Jans


*
1238 586/89 23-4-1597 verticht: 11-11-1585 Cornelis Jansz. bocxmaecker (ov) Jaepken Jacobsdr. (ov) 2X Grietgen Cornelisdr.
(voogden: Gerrit Jansz. schrijnwercker en Joost Joosten Beyerman (1609 vervangen door zijn zoon Henrick Joosten Beyerman)) Moeye van de kinderen Maritgen Jansdr.
[14.06.1598 Rotterdam, akte 60/170 not Jacob Symonsz, testament Joost Joostensz Beijerman en zijn vrouw Marytgen Henrickx benoemen elkaar tot erfgenaam.]
Kinderen:
Trijntgen (X Willem Adriaensz. (Spierinck) 1597, weduwe 1607),
Jan Cornelisz. (de Wit, schipper, X Annitgen Claesdr.?)(overleden voor juli 1611, dr. Jannitgen Jansdr. de Wit),
Hillegont (X Jacob Willemsz. van Benthen, visscher),
x otr 10.05/24.05.1598 te Rotterdam, ned.geref, Jacob Willemsen, j.g. van Schevelinge woont daer, met Heiligond Cornelis j.d. van Rotterdam, woont opt Westeinde getrout den 24 Meij 98
Jacob Cornelisz. Kerck (jongste zoon, aanw. 1607, X Fytgen Cornelisdr. 1609, afrek. 1610)

31.05.1603 ona Rotterdam, 106/313, not Jacob Symonsz, testament
Jan Osiersz, schuitvoerder op het Amsterdamse Veer en Elisabet Dircxdr, zijn vrouw, maken een testament op van eerststervende aan langstlevende

1695 594/300 3-12-1612 Jacob Willemsz. van Benthem visser nn.
Kinderen legaat van Jannitgen Jan de Witsdr., aangebracht door Annitgen Claesdr. weduwe van Jan Cornelisz. de Wit; De kinderen komt toe het geld van Trijn, dochter van Cornelis Jansz. bocxmaecker, berustende onder de bewindhebbers V.O.C. Kinderen: Kinderen nn.

1241 586/101v 27-8-1616 Willem Adriaensz. Spierinck (ov) Trijntgen Cornelisdr. (ov)(ex Cornelis Jansz. bocxmaecker) Erft van oom moederszijde Jan Cornelisz.
(oom en voogd: Jacques Spierinck tot Amsterdam) Als weesmeester Rotterdam tekent Adriaen Spiering.
Kind: Adriaen, zie nr. 1238

29.05.1620 ona Rotterdam, akte 120/340, not Willem Jacobsz, attestatie
Op verzoek van Jan Osiersz en Adriaen Harmansz, als man en voogd van Commertgen Osiersdr, hebben
Jacob Adamsz, oud 62 jaar, chirurgijn, Cornelis Jansz, oud 63 jaar, schuytvoerder op Amsterdam en Willem Michielsz, oud 56 jaar, schuytvoerder op Amsterdam verklaard dat zij goed gekend hebben wijlen:
Jan Jansz boxmaecker en diens broer wijlen
Cornelis Jansz boxmaecker in hun leven gewoon hebbend te Rotterdam,
dat zij weten dat dezen nog twee zusters hebben gehad, t.w. wijlen:
Anneken Jansdr en
Maritgen Jansdr eveneens in hun leven gewoond hebbend te Rotterdam,
dat Anneken Jansdr gehuwd was met wijlen Osier Henricxz varende man en tevens schuytvoerder op Amsterdam en van wie zij drie kinderen had, t.w.: Maritgen Osiersdr, Jan Osiersz en Commertgen Osiersdr
De akte is opgemaakt ten huize van Henrick Evertsz aan het Amsterdamveer waar Amsterdam uithangt.

01.04.1625 ona Rotterdam, akte 173/348, not Jacob Duyfhuysen, attestatie
Jan Osieren schipper in 't Amsterdamse Veer, Cornelis Joosten 40 jr. , Peter Jacobsz 43 jr. , Henrick Cornelisz 31 jr., alle drie knecht van de schippers in ’t Amsterdamsche Veer
Jan Barentsz bestelmeester Amsterdam Witte Oliphant Koeckenbackerij Rock-in Betreft aflevering van een pakje met rood 1scharlaken.

22.03.1628 ona Rotterdam, akte 11/26, not Willem Jacobsz, testament
Baertgen Jansdr, bedaagde dochter Delft, benoemt tot haar erfgenamen Maritgen Cornelisdr, vrouw van Michiel Jorisz, styerman; Crijntgen Adriaensdr nagelaten dochter van Adriaen Cornelisz, marktschuytvoerder op Delft;
Jannetgen Jansdr nagelaten dochter van Grietgen Cornelisdr, haar nicht;
Machtelt Cornelisdr haar nicht, vrouw van Jacob Cornelisz, marktschuytvoerder op Amsterdam wonende te Delft; Anna Dircxdr vrouw van Cornelis Michielsz, cuyper, Delft;
met legaten aan Catharyna Jansdr haar nicht, dochter van Jan Osiersz, en Anna Cornelisdr haar nicht, wonende te Delft in de Keyserskroon.

14.06.1629 ona Rotterdam, akte 151/247, not Jacob Duyfhuysen jr, attestatie
- Willem Michielsz, oud 66 jaar;
- Jan Rogiersz of Osieren, oud 64 jaar (geb ca 1565)
- Jan Jansz, oud 31 jaar, allen hooftmannen van het veer op Amsterdam;
- Cornelis Jansz, oud 72 jaar, oud-hoofdman;
- Cornelis Cornelisz Buys, oud 29 jaar en
- Gleijn Jansz, oud 54 jaar, oud-hoofdman;
schippers op dit veer, leggen op verzoek van schipper Jan Govertsz een verklaring af
Een maand geleden hebben de hoofdmannen aan Jan Cornelisz Buys, schipper op hetzelfde veer die door Jan Govertsz in zijn plaats was gesteld, opgedragen 's avonds de boot te meren om de andere dag uit te varen. Buys heeft het schip op hun vaste landingsplaats gelegd en is de volgende dag vracht gaan verzamelen en inladen. Dit werd hem verhinderd door Antony Baltensz, mede schipper, die de lading zelf wilde vervoeren.
De akte is opgesteld in de herberg genaamd 't Amsterdamse Veer, met als getuigen Job Cornelisz Keyser en Huych Petersen, mede schippers.

14.05.1628 ona Rotterdam, akte 268/575, not Adriaan Kieboom, testament
Jacob Janss de Meyer, stierman op het schip van capiteyn Maerten Herpertss Tromp, benoemt zijn vrouw Maritgen Arienss tot zijn erfgename. Voor Sara Jacobss en Jan Jacobss, kinderen uit zijn vorig huwelijk met Aechtge Janss, treft hij een regeling.
De huwelijkse voorwaarden, d.d. 21-02-1626 voor notaris Van der Swan gesloten, komen te vervallen.
Bouwen Janss, stierman en Jacob Corneliss, boxmaecker, worden tot voogden over de kinderen benoemd.

 

'